Door klinisch-pathologische kenmerken te combineren met immunohistochemische profielen kan een patiëntenpopulatie aangewezen worden met vroeg-stadium mammacarcinoom en een zeer laag risico op lokaal recidief na borstsparende chirurgie, radiotherapie en endocriene therapie. Nu blijkt uit een prospectieve cohortstudie bij deze populatie dat het weglaten van adjuvante radiotherapie geassocieerd is met een acceptabel risico op lokale recidieven van 2,3% na vijf jaar. Deze resultaten werden tijdens de 2022 ASCO Annual Meeting gepresenteerd door prof. dr. Timothy Whelan (Hamilton, Canada).
Om het risico op lokaal recidief te verminderen, wordt na borstsparende chirurgie vaak radiotherapie gegeven. Deze adjuvante behandeling is echter ongemakkelijk voor de patiënt en geassocieerd met kosten, acute en late toxiciteit en verminderde kwaliteit van leven. Een prangende vraag is dan ook wat de gevolgen zijn als adjuvante radiotherapie weggelaten zou worden bij patiënten met een zeer laag risico op een lokaal recidief. De mogelijkheden om deze patiënten te identificeren aan de hand van gangbare klinisch-pathologische factoren zijn echter beperkt. Het gebruik van moleculaire en immunohistochemische profielen zou deze identificatie kunnen vergemakkelijken. Zo bleek het luminaal A-subtype geassocieerd met de laagste incidentie van lokale recidieven vijf jaar na borstsparende chirurgie en radiotherapie bij patiënten met vroege, invasieve borstkanker.1 Daarnaast liet een studie zien dat een combinatie van klinisch-pathologische kenmerken (ouder dan zestig jaar, graad 1-2 en T1N0) en het luminaal A-subtype resulteerde in de identificatie van een patiëntengroep met een zeer laag risico op lokaal recidief die mogelijk geen of weinig voordeel heeft van adjuvante radiotherapie.2
Acceptabel risico
LUMINA is een prospectieve cohortstudie waarin men onderzoekt of borstsparende chirurgie plus endocriene therapie zónder radiotherapie resulteert in een acceptabel risico op lokaal recidief (<5% na vijf jaar) bij vrouwen van 55 jaar of ouder met graad 1-2, T1N0, luminaal A-mammacarcinoom.
Na een mediane follow-up van vijf jaar werden de resultaten geanalyseerd bij 500 patiënten met een mediane leeftijd van 67 jaar en een tumorgrootte van 1,1 cm.3 Van de patiënten had 66% een tumor van graad 1 en werd 41% behandeld met tamoxifen en 59% met een aromataseremmer. “Het cumulatieve percentage patiënten met een lokaal recidief na vijf jaar was 2,3%. Daarnaast werd na vijf jaar bij 1,9% van de patiënten contralaterale borstkanker geconstateerd en bij 2,7% van de patiënten enige vorm van recidief. De vijfjaars ziektevrije en algehele overleving waren respectievelijk 89,9% en 97,2%.”
Referenties
1. Voduc KD, et al. J Clin Oncol 2010;28:1684-91.
2. Liu FF, et al. J Clin Oncol 2015;33:2035-40.
3. Whelan TS, et al. J Clin Oncol 2022;40(suppl 17): abstr LBA501.
Dr. Robbert van der Voort, medical writer