De tyrosinekinaseremmer mobocertinib is aangemerkt als doorbraaktherapie voor patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom en een EGFR-exon 20-insertie die progressie vertonen op platinumbevattende chemotherapie. De resultaten van een fase 2-studie laten zien dat mobocertinib mogelijk ook een veelbelovende behandeloptie is voor patiënten die eerder een objectieve respons hadden op een tyrosinekinaseremmer, zo liet dr. Alexander Spira (Fairfax, Verenigde Staten) zien in zijn presentatie tijdens de IASLC 2021 World Conference on Lung Cancer.1
Bij ongeveer 10% van de EGFR-mutaties bij niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) is sprake van een EGFR-exon 20-insertie (ex20ins).2 Mobocertinib is een EGFR-tyrosinekinaseremmer (TKI) specifiek gericht tegen EGFR-ex20ins. Op basis van voorlopige gegevens van een fase 1/2-studie is mobocertinib inmiddels door de FDA aangemerkt als doorbraaktherapie voor patiënten met EGFR-ex20ins-positieve NSCLC met progressie op platinumbevattende chemotherapie (in de Verenigde Staten) of chemotherapie (in China). Alexander Spira presenteerde de gegevens over de werkzaamheid en veiligheid van mobocertinib in het fase 2-deel van de studie (de uitbreidingsfase). Hierin zijn twintig patiënten geïncludeerd met EGFR-refractaire, ex20ins-positieve, gemetastaseerde NSCLC die progressie vertoonden na een eerdere objectieve respons of stabiele ziekte gedurende minstens zes maanden op een behandeling met een EGFR-TKI. “Deze patiënten waren eerder behandeld met poziotinib (65%), osimertinib (20%), afatinib (20%), erlotinib (10%), of een TKI in de onderzoeksfase (5%)”, zei Spira.
Respons ongeacht eerdere TKI
Na een mediane follow-up van 14,2 maanden behaalden acht patiënten (40%) een objectieve respons (bepaald door een onafhankelijke onderzoekscommissie), presenteerde Spira. “We zagen deze responsen ongeacht de eerdere behandeling met een TKI.” Het percentage ziektecontrole was 90%, de mediane duur van de respons was 13 maanden en de mediane algehele overleving (OS) was nog niet bereikt ten tijde van deze analyse. De percentages patiënten die na zes en twaalf maanden nog in leven waren, bleken respectievelijk 94,7% en 78,6% te zijn. De progressievrije overleving was 7,3 maanden.
“Het veiligheidsprofiel van mobocertinib bij deze groep patiënten was hanteerbaar en kwam over het algemeen overeen met het bijwerkingenprofiel van andere TKI’s”, zei Spira. De meest voorkomende behandelingsgerelateerde bijwerkingen waren gastro-intestinale klachten, waaronder diarree, en huidgerelateerde klachten. Bij 20% van de patiënten leidden de bijwerkingen tot een dosisreductie en bij 10% tot het staken van de behandeling.
Spira concludeerde dat mobocertinib een klinisch betekenisvol voordeel laat zien bij patiënten met gemetastaseerde, EGFR-ex20ins-positieve NSCLC die eerder stabiele ziekte gedurende minstens zes maanden of een respons op een TKI hadden laten zien. “Het is dan ook een veelbelovende behandeloptie voor patiënten met gemetastaseerde, EGFR-ex20ins-positieve NSCLC, ook voor patiënten die eerder een objectieve respons hadden op een TKI”, aldus Spira.
Referenties
1. Spira A, et al. WCLC 2021; abstr 15.01.
2. Oxnard, et al. J Thorac Oncol 2013;8:179-84.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist