Tijdens de Oncologiedagen 2015 voor Nederland en Vlaanderen gaf prof. dr. William Nelson (Johns Hopkins Sidney Kimmel Comprehensive Cancer Center, Baltimore, Verenigde Staten) een boeiend overzicht over de relatie tussen epigenetische veranderingen en het ontstaan van kanker. Daarbij richtte hij zich met name op de correlatie tussen methylering van het GSTP1-gen en het ontstaan van prostaatkanker. Bovendien vertelde Nelson hoe deze correlatie vertaald werd naar de ontwikkeling van een waardevolle test voor de diagnostiek.
De epigenetica bestudeert de invloed van omkeerbare (erfelijke) veranderingen, zoals histonmodificaties en DNA-methylering, op de functie van genen. Deze epigenetische veranderingen uiten zich bijvoorbeeld in de expressie van specifieke mRNA’s en eiwitten, en uiteindelijk in het fenotype van een cel of organisme. Hoewel de epigenetica een relatief nieuw vakgebied betreft, is onze kennis van de epigenetica de afgelopen jaren enorm toegenomen. Deze kennis heeft zich bovendien vertaald in nieuwe moleculaire tests voor de diagnostiek en veelbelovende geneesmiddelen voor de behandeling van kanker.1
Hypermethylering GSTP1
Eén van de eerste gedocumenteerde en meest in het oog springende epigenetische veranderingen bij prostaatkanker is de hypermethylering van het glutathion S-transferasegen GSTP1.2 “Waar dit gen in de normale prostaat hoog tot expressie komt in de basale cellen en in mindere mate in de epitheelcellen, blijkt de expressie geleidelijk verloren te gaan tijdens de transformatie naar prostaatkanker. Tijdens ons onderzoek vonden we dan ook vrijwel geen enkel prostaatcarcinoom dat GSTP1 nog tot expressie brengt”, aldus Nelson. Recente dierproeven lieten bovendien zien dat verlies van GSTP1 en –2 leidt tot een versnelde tumorigenese in de prostaat.
Omdat hypermethylering van GSTP1 zo sterk gecorreleerd is aan het ontstaan van prostaatkanker onderzochten Van Neste en collega’s de potentiële toepassing van GSTP1-methylering als biomarker. Op basis van literatuuronderzoek en meta-analyses concludeerden de onderzoekers dat GSTP1-methylering bij prostaatkanker een sensitiviteit van 82% heeft en een specificiteit van 96%.3 Nelson: “Bovendien is de voorspellende waarde van een negatieve GSTP1-methyleringsstatus zeer hoog, namelijk 95%. Dit suggereert dat indien een prostaatbiopt negatief is voor GSTP1-methylering, het nemen van een tweede biopt in principe overbodig is. Deze hypothese werd vervolgens getest en bevestigd door de MATLOC- en DOCUMENT-studies.4,5” Daarnaast bleek uit een meta-analyse van Wu et al. dat, afhankelijk van het type test, ook de GSTP1-methyleringsstatus in urine, en in mindere mate in plasma, van prostaatkankerpatiënten voorspellende waarde heeft en een waardevolle aanvulling zou kunnen zijn op screening op prostaatspecifiek antigeen.6
Nelson verwacht dat nieuwe middelen die aangrijpen op epigenetische veranderingen in tumoren binnenkort op grote schaal ontwikkeld en toegepast zullen worden.
Referenties
1. Azad N, et al. Nat Rev Clin Oncol 2013;10:256-66.
2. Lee WH, et al. Proc Natl Acad Sci USA 1994;91:11733-7.
3. Van Neste L, et al. Prostate 2012;72:1248-61.
4. Stewart GD, et al. J Urol 2013;189:1110-6.
5. Partin AW, et al. J Urol 2014;192:1081-7.
6. Wu T, et al. Br J Cancer 2011;105:65-73.
Dr. Robbert van der Voort, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2016 vol 7 nummer 1