De resultaten van de fase 1-TROPION-PanTumor01-studie laten een veelbelovende antitumoractiviteit zien van datopotamab deruxtecan bij uitgebreid voorbehandelde patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom.1 Het middel wordt nu verder onderzocht in de fase 3-TROPION-Lung01-studie, vertelde dr. Alexander Spira (Fairfax, Verenigde Staten) in zijn presentatie tijdens de virtuele WCLC 2020.
TROP2 is een transmembraanglycoproteïne die in hoge mate tot expressie komt bij niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) en andere solide tumoren. “De glycoproteïne is geassocieerd met een slechte prognose en dit maakt TROP2 tot een veelbelovend therapeutisch aangrijpingspunt”, begon Alexander Spira zijn presentatie. Datopotamab deruxtecan (dato-DXd) is een antilichaam-geneesmiddelconjugaat gericht tegen TROP2. Het middel is onderzocht in de fase 1-TROPION-PanTumor01-studie, waarvan Spira de resultaten presenteerde. Patiënten met gevorderde, refractaire NSCLC met een performancestatus van 0-2 en meetbare ziekte kwamen in aanmerking voor deze studie. Patiënten met behandelde, stabiele hersenmetastasen konden ook geïncludeerd worden. De dosisescalatiefase startte met 0,27 mg/kg elke 3 weken en liep op tot 10 mg/kg. De maximaal tolereerbare dosis werd hierbij vastgesteld op 8 mg/kg elke 3 weken. Vervolgens ontvingen vijftig patiënten een dosering van 4 mg/kg elke drie weken, vijftig patiënten een dosering van 6 mg/kg en tachtig patiënten een dosering van 8 mg/kg. Primaire doelen van de studie waren het bepalen van de maximaal tolereerbare dosis, de veiligheid en verdraagbaarheid. Daarnaast werden de werkzaamheid en farmacokinetiek bepaald.
Uitgebreid voorbehandeld
In totaal zijn uiteindelijk 175 NSCLC-patiënten geïncludeerd, zei Spira. “Het betreft een uitgebreid voorbehandelde populatie. Ongeveer 80% van de patiënten in de drie dosiscohorten was eerder behandeld met immunotherapie en 88-98% van de patiënten was eerder behandeld met een platinumbevattend regime.” De mediane follow-up was 7,4 maanden.
Patiënten die de hoogste dosering ontvingen, staakten vaker de behandeling wegens bijwerkingen dan de patiënten in de andere twee cohorten. Het bijwerkingenprofiel van dato-DXd was volgens Spira wel hanteerbaar. Er werden meer behandelingsgerelateerde bijwerkingen van graad 3 of hoger gezien in het 8 mg/kg-cohort (34%) dan in de 4 en 6 mg/kg-cohorten (respectievelijk 10% en 16%). Met name de stomatitis van graad 3 of hoger en mucosale inflammatie werden vaker gerapporteerd in het 8 mg/kg-cohort. In totaal had 8% van de patiënten behandelingsgerelateerde interstitiële longziekte (één patiënt in het 4 mg/kg-cohort, één patiënt in het 6 mg/kg-cohort en twaalf patiënten in het 8 mg/kg-cohort).
TROPION-Lung01
Het algehele responspercentage in de drie cohorten lag tussen 21% en 25% en het percentage ziektecontrole lag tussen 67% en 80% voor de drie cohorten. “Er waren maar weinig patiënten met progressie van ziekte”, zei Spira.
Hij presenteerde tevens de preliminaire gegevens wat betreft de progressievrije overleving (PFS). “De mediane PFS was 4,3 maanden voor de patiënten in het 4 mg/kg-cohort, 8,2 maanden voor de patiënten in het 6 mg/kg-cohort en 5,4 maanden in het cohort met de hoogste dosering. We denken dat deze kortere PFS het gevolg is van de toxiciteit van de 8 mg/kg-dosering waarvoor vaker een dosisreductie of het stopzetten van de behandeling noodzakelijk was.”
Gebaseerd op bovenstaande veelbelovende antitumoractiviteit en het hanteerbare bijwerkingenprofiel gaat dato-DXd verder onderzocht worden in een fase 3-studie: de TROPION-Lung01. “Patiënten met gevorderd NSCLC die eerder behandeld zijn met een platinumbevattend regime of immunotherapie worden gerandomiseerd naar dato-DXd of docetaxel. De geselecteerde dosering op basis van bovenstaande resultaten is 6 mg/kg elke drie weken”, aldus Spira.
Referentie
1. Spira A, et al. WCLC 2020; abstr OA03.03.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist