In gerandomiseerde studies naar immunotherapie wordt met regelmaat een aanpassing gedaan aan verschillende aspecten van de primaire uitkomstmaten. Hoewel de richtlijnen stellen dat hiervan melding dient te worden gemaakt, gebeurt dit in de praktijk in veel gevallen niet. Dit is de conclusie van een onlangs gepubliceerd artikel in JAMA Oncology
Onderzoekers van IKNL en collega’s van Radboudumc, Nijmegen, en Queen’s University Cancer Research Institute (Canada) onderzochten 38 gerandomiseerde studies naar immunotherapie, specifiek voor de behandeling van patiënten met blaas-, nier- en longkanker.1 Ze keken hierbij naar de publicaties, de protocollen en de openbare studieregistraties. In hun analyse beoordeelden ze elke studie op drie aspecten: de uitkomstmaat, de patiëntenpopulatie en (waar het om studies ging met meer dan twee onderzoeksgroepen) de vraag tussen welke groepen de vergelijking werd gemaakt.
Aanpassingen
Ze kwamen tot de conclusie dat in 24 van de studies (63%) een aanpassing in de primaire uitkomstmaten was gedaan. Dit was gebeurd nadat de studie was gestart. Twee aanpassingen sprongen eruit: het toevoegen van de algehele overleving als uitkomstmaat en het toevoegen van extra vergelijkingen bij biomarker-positieve patiënten. Soms werden de aanpassingen vroeg in de studie gedaan, in andere gevallen nadat de inclusie van patiënten was beëindigd en na de randomisatie.
Hoewel een aanpassing van de primaire uitkomstmaten van een studie in specifieke gevallen kan voorkomen, is de wetenschappelijke consensus dat hier terughoudend mee moet worden omgegaan. Het CONSORT-statement (de richtlijn voor het rapporteren van vergelijkende studies) stelt bovendien dat de onderzoekers hier transparant over dienen te zijn. Van de 24 studies waarbij een aanpassing in een primaire uitkomstmaat was gedaan, bleek dit slechts in acht gevallen te zijn gebeurd. In enkele gevallen was verplichte informatie in de inhoudsopgaven van de bijlage achterwege gelaten of zwart gelakt. Dit bemoeilijkte het achterhalen van eventuele aanpassingen.
Klinische praktijk
In de meeste gerandomiseerde studies die in het onderzoek zijn geanalyseerd ging het om het bepalen van de veiligheid en werkzaamheid van de immunotherapie voor een specifieke groep patiënten met kanker. De EMA en/of de FDA gebruiken de positieve uitkomst veelal om goedkeuring voor de behandeling te geven. Die behandeling krijgt daarmee ook een plaats in de behandelrichtlijnen, wat bepalend is voor de klinische praktijk.
Hoewel vaak moeilijk te bepalen is in hoeverre de aanpassingen aan primaire uitkomstmaten de conclusies van een studie beïnvloeden, stellen de onderzoekers toch dat dit in enkele gevallen tot duidelijke gevolgen heeft geleid. Bijvoorbeeld in de vorm van goedkeuring voor een bredere patiëntengroep. De onderzoekers benadrukken dat het belangrijk is dat wetenschappers de gekozen primaire uitkomstmaten transparant en compleet kunnen beoordelen. De uitkomsten van het onderzoek laten zien dat dit onvoldoende het geval is. Ze roepen daarom onderzoekers, sponsors, peer reviewers en editors van wetenschappelijk onderzoek op om meer aandacht te hebben voor deze situatie. Het is de bedoeling dat zij - als het nodig is veranderingen aan primaire uitkomstmaten aan te brengen - hierover transparant zijn en deze veranderingen altijd kritisch beoordelen.
Referentie
1. Richters A, et al. JAMA Oncol June 8, 2023. doi 10.1001/jamaoncol.2023.1374.
Drs. Frank van Wijck, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2023 vol 14 nummer 4