Tijdens het SABCS 2022 bleek uit de presentatie van dr. Burcu Karadal (New York, Verenigde Staten) dat een hogere score van de zogenoemde Tumor MicroEnvironment of Metastasis (TMEM)-openingen mogelijk verklaart waarom zwarte vergeleken met witte patiënten met borstkanker een verhoogd risico hebben op recidieven op afstand. Daarnaast bleek dat de TMEM-openingenscore voor deze recidieven een onafhankelijke prognostische risicofactor was.
Hoewel de incidentie van borstkanker in de Verenigde Staten lager is in de zwarte populatie dan in de witte, overlijden er door borstkanker 40% meer zwarte dan witte patiënten.1 Daarnaast is het zwarte ras geassocieerd met een verhoogd risico op recidief op afstand van ER-positief, HER2-negatief (ER+, HER2-) mammacarcinoom, maar niet van HER2-negatief of triple-negatief mammacarcinoom (TNBC).2 In de huidige studie onderzocht men de rol van het tumormicromilieu in de raciale ongelijkheid bij recidief-op-afstandvrije overleving (DRFS) bij patiënten met residuale ziekte na neoadjuvante chemotherapie voor borstkanker. Hierbij werd vooral gekeken naar Tumor MicroEnvironment of Metastasis (TMEM)-openingen, tijdelijke vasculaire openingen die worden gezien als portalen die disseminatie van (borst)kankercellen bevorderen.3
Prognostische risicofactor
De resultaten laten zien dat TNBC (n=59) vergeleken met ER+, HER2- mammacarcinoom (n=93) een significant hogere TMEM-openingenscore (p=0,0080) en dichtheid heeft van macrofagen (p=0,0003).4 “Mogelijk is dit een van de mechanismen die geassocieerd zijn met vroege recidieven bij TNBC. Daarnaast was in de gecombineerde groep tumoren en in de groep ER+, HER2- mammacarcinomen, maar niet in de groep TNBC’s, de TMEM-openingenscore significant hoger bij zwarte patiënten vergeleken met witte patiënten (gecombineerd: p=0,0102; ER+, HER2-: p=0,0018). Deze bevinding is een mogelijke verklaring voor de raciale ongelijkheid in DRFS bij patiënten met ER+, HER2- mammacarcinoom”, aldus Burcu Karadal. Een vergelijkbaar verschil tussen zwarte en witte patiënten werd gevonden na bepaling van de macrofaagdichtheid, maar niet van de vasculaire dichtheid. Verder was in het gecombineerde tumorcohort een hoge versus gemiddelde of lage TMEM-openingenscore, maar niet de macrofaag- of vasculaire dichtheid, geassocieerd met een significant slechtere DRFS (p=0,008). Daarnaast lieten aanvullende analyses zien dat een hoge TMEM-openingenscore een onafhankelijke prognostische risicofactor was in het gecombineerde cohort (HR 2,01; 95% BI 1,17-3,44; p=0,01) en dat in deze richting een trend te zien was in het cohort met ER+, HER2- mammacarcinoom (HR 2,33; 95% BI 0,96-5,67; p=0,06).
Referenties
1. DeSantis CE, et al. CA Cancer J Clin 2019;69:438-51.
2. Kabat GC, et al. J Racial Ethn Health Disparities 2017;4:1181-8.
3. Kim G, et al. Front Oncol 2020;10:1022.
4. Karadal B, et al. SABCS 2022: abstr GS1-02.
Dr. Robbert van der Voort, medical writer