Het is gebruikelijk om na de verwijdering van een melanoom de poortwachtersklier te verwijderen en die te onderzoeken op tumorcellen. De richtlijn is om dat zo snel mogelijk te doen. Deze procedure heeft echter minder haast dan gedacht, vertelde drs. Charlotte Oude Ophuis (Erasmus MC Kanker Instituut, Rotterdam) op het ECC 2015 in Wenen.
Nadat de chirurg een huidmelanoom heeft weggenomen, wordt de drainerende lymfeklier in lies, oksel of hals operatief verwijderd om te onderzoeken of daar tumorcellen in zitten. Europese richtlijnen schrijven voor om die poortwachtersklier zo snel mogelijk te onderzoeken; de Nederlandse regel is om dat binnen zes weken te doen. Maar onduidelijk was tot nu toe, hoe belangrijk de tijd tussen melanoomoperatie en poortwachtersklierprocedure is. Er is weinig over bekend en de onderzoeken die er zijn, spreken elkaar tegen.1,2 Een studie van de European Organisation for Research and Treatment of Cancer (EORTC) Melanoma Group laat nu zien dat het voor de overleving niet uitmaakt of de procedure binnen zes weken wordt uitgevoerd of iets later.
Aan de studie, waarvan Oude Ophuis de resultaten presenteerde, deden negen EORTC-centra mee.3 Gegevens van 3.884 patiënten zijn opgenomen die tussen 1993 en 2012 werden geopereerd. In de poortwachtersklier van 998 patiënten waren tumorcellen aangetroffen, bij de 2.886 andere niet. Gemiddeld werd 42 dagen na de melanoomoperatie de poortwachtersklier operatief verwijderd. Oude Ophuis vergeleek de overleving van patiënten waarbij dat binnen zes weken was gebeurd met die van patiënten die na meer dan zes weken werden geopereerd.
Geen overlevingsverschil
Het bleek voor de overleving niet uit te maken of de poortwachtersklierprocedure binnen of na zes weken was uitgevoerd, noch voor de groep waarbij tumorcellen in de poortwachtersklier waren aangetroffen, noch voor de groep mensen van wie de poortwachtersklier schoon was. Van patiënten met tumorcellen in de lymfeklier die binnen zes weken geopereerd werden, was na vijf jaar 71% in leven; van degenen van wie de lymfeklier na meer dan zes weken werd verwijderd en onderzocht, was dat 72% (zie Figuur 1A). Voor mensen zonder tumorcellen in de poortwachtersklier waren die percentages 92 (vroege biopsie) en 91 (late biopsie; zie Figuur 1B).
Als de poortwachtersklier tumorcellen bevat, is de prognose dus, zoals verwacht, slechter. Dan zullen ook de overige nabijgelegen lymfklieren verwijderd worden, en soms krijgt de patiënt een aanvullende behandeling (bestraling of deelname aan studie met nieuwe medicijnen).
Oude Ophuis beval aan om na een melanoomoperatie de poortwachtersklier te onderzoeken in goed overleg met de patiënt, zoals gebruikelijk, omdat het veel informatie oplevert over de prognose. Maar het heeft geen haast, stelt ze: met negen weken is even goed als binnen zes weken. Het belangrijkste voor de praktijk is dat dit patiënten wat rust kan geven.
Referenties
1. Parrett BM, et al. Melanoma Res 2012;22:386-91.
2. Tejera-Vaquerizo A, et al. Eur J Cancer 2015;51:1780-93.
3. Oude Ophuis C, et al. European Cancer Congress 2015; abstract 2BA.
Drs. W. Van Strien, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2015 vol 6 nummer 6