Tijdens de 26e Oncologiedagen 2020 (12-13 november jl.) werd het proefschrift van dr. Emil ter Veer (arts-assistent SEH in het Flevoziekenhuis, Almere, en voormalig promovendus in het Amsterdam UMC) bekroond met het predicaat Oncologieproefschrift van het jaar.1 Met behulp van een netwerkmeta-analyse bracht hij meer uniformiteit in de eerstelijnschemotherapie bij patiënten met irresectabel of gemetastaseerd maag- en slokdarmcarcinoom.
Het startpunt voor het promotieonderzoek van Emil ter Veer, die dit promotietraject uitvoerde parallel aan zijn studie Geneeskunde, was de constatering dat er na meer dan twintig jaar aan klinische studies wereldwijd nog steeds geen overeenstemming is over wat het standaard eerstelijnschemotherapieschema moet zijn voor patiënten met uitgezaaide slokdarm- of maagcarcinoom. “De huidige internationale richtlijnen voor uitgezaaide slokdarm- en maagkanker komen niet verder dan de vrij vage aanbeveling dat een eerstelijnschemotherapieschema bij voorkeur bestaat uit ten minste een fluoropyrimidine, een platinumderivaat en - als de conditie van de patiënt dit toelaat - een antracycline of taxaan.”
De veelheid aan chemotherapieschema’s die op basis van deze aanbevelingen te maken zijn, maakt het onmogelijk via een klassieke meta-analyse zicht te krijgen op de ‘beste’ combinatie. Mede ook doordat een deel van de mogelijke schema’s nooit head-to-head met elkaar is vergeleken. “De beste aanpak om de effectiviteit van de schema’s te vergelijken is dan het uitvoeren van een netwerkmeta-analyse”, stelt Ter Veer. “Hierbij maak je een netwerk van de beschikbare behandelingen en verbind je behandelingen die ooit met elkaar in een klinische studie zijn vergeleken door middel van een lijn. Behandelingen die nooit met elkaar vergeleken zijn in een klinische studie, zijn indirect met elkaar te vergelijken aan de hand van de wél vergeleken behandelingen.”
Op basis van de uitgevoerde netwerkmeta-analyse concludeert Ter Veer dat het eerstelijnsschema slechts twee middelen hoeft te bevatten (een fluoropyrimidine en een platinumderivaat). “Waarbij naast capecitabine en 5-FU ook zeker S-1 een goede fluoropyrimidine is vanwege de equivalente effectiviteit en geringere toxiciteit bij zowel Aziatische als Westerse patiënten, en waarbij oxaliplatine superieur is aan cisplatine. Toevoegen van een antracycline of taxaan leidt vooral tot meer toxiciteit.” Bij HER2-positieve ziekte is uiteraard het toevoegen van trastuzumab geïndiceerd.
TOXview
Een tweede aspect van de eerstelijnschemotherapie bij irresectabel of gemetastaseerd maag- of slokdarmcarcinoom dat Ter Veer onderzocht was (de rapportage van) de toxiciteit van de behandeling. Om deze duidelijk te maken, ontwikkelden Ter Veer en zijn collega’s de TOXview. “Dit is een grafische weergave van de soorten en de ernst van de bijwerkingen per medicijn zoals we die verkregen uit een meta-analyse van alle klinische studies met deze medicijnen als eerstelijnsmedicatie bij patiënten met irresectabel of gemetastaseerd maag- of slokdarmcarcinoom. Zo’n grafische weergave is volgens ons ook zeer goed bruikbaar in de spreekkamer als hulpmiddel bij voorlichting en shared decision making.”
Hiermee samenhangend onderzocht Ter Veer ook de rapportage van kwaliteit van leven in de klinische studies. “Kwaliteit van leven is helaas een ondergeschoven kindje in de artikelen. Slechts in 30% van de studies was het een uitkomstmaat. En in de studies waarin dit wel een uitkomstmaat was, blijkt de volledigheid van de rapportage hierover maar beperkt en in de afgelopen twintig jaar niet verbeterd. Belangrijke gegevens, bijvoorbeeld de manier waarop de vragenlijsten zijn afgenomen of hoe is omgegaan met ontbrekende gegevens, staan vaak niet beschreven in de artikelen.” Ter Veer pleit ervoor de kwaliteit-van-levenanalyse ruim te beschrijven in een appendix bij elk artikel.
COMM-PACT
Een systematische review van 46 RCT’s, ten slotte, leverde zeventien prognostische en dertig potentieel predictieve factoren voor patiënten met irresectabel of gemetastaseerd maag- of slokdarmcarcinoom die eerstelijnschemotherapie krijgen. Om de rapportage van baselinefactoren van patiënten met irresectabel of gemetastaseerd pancreascarcinoom te verbeteren, ontwierpen Ter Veer en zijn collega’s op basis van een Delphi-consensus met 23 experts op dit terrein een internationale richtlijn, de COMM-PACT-richtlijn. “Deze beveelt voor 23 baseline- en twaalf prognostische factoren aan deze factoren in toekomstige publicaties altijd te rapporteren om de uitkomsten van de studies beter met elkaar te kunnen vergelijken.”
Referentie
1. Ter Veer E. Systematic approach to unify evidence for advanced upper gastrointestinal cancer treatment. Amsterdam, 12 december 2019.
Dr. Marten Dooper, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2021 vol 12 nummer 1