Radiotherapeut en hoofd van de Precision Medicine group van het MUMC+ in Maastricht, prof. dr. Philippe Lambin, is de grondlegger van een handvol medisch-technologisch gerichte bedrijven. Hij koos er daarbij voor ‘aan de academische kant te blijven staan’.
Het was min of meer uit frustratie dat hij er in 2013 voor koos zijn academische werk te gaan combineren met het bedrijfsleven, legt Philippe Lambin uit. “Ik vond het een kleine tien jaar geleden in toenemende mate frustrerend dat de resultaten uit mijn onderzoek niet in de praktijk werden toegepast. Bijvoorbeeld kennis over parameters die op voorhand inzicht geven of een patiënt extra gevoelig is voor het ontwikkelen van bijwerkingen van bestraling. Daarbij lukt het meestal nog wel basale kennis om te zetten in een toepassing en deze in een klinische studie te testen. Daarna stokt het proces echter in veel gevallen. Het blijkt zeer lastig de stap te maken van iets nieuws met succes toepassen in een studie naar het routinematig toepassen ervan in de kliniek. Er moeten dan tal van hindernissen worden genomen. Zo moeten nieuwe technieken en hulpmiddelen gecertificeerd worden, moet de nieuwe techniek, procedure of ontwikkelde software beschikbaar komen voor velen, moet deze soepel ingepast worden in de dagelijkse routine, moeten er afspraken komen over de bekostiging, enzovoort. Ik vond het lange tijd geen taak voor een wetenschapper om dit te regelen. Je bent daar niet voor opgeleid. Anderzijds merkte ik dat nieuwe vindingen in het stadium na de succesvolle klinische test voor grote, commerciële firma’s vaak nog te immatuur zijn. Zij willen pas aanhaken als er snel inkomsten mee gegenereerd kunnen worden.”
Voordelen
Daarop besloot Lambin dan maar zelf een bedrijf op te richten. “Destijds had de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) een subsidieprogramma voor onderzoekers die hun wetenschappelijke bevindingen wilden vermarkten. Daarvoor moest je samen met een businesspartner een aanvraag indienen waarin je uitlegde hoe je zou komen tot zowel een wetenschappelijke publicatie als een bedrijf.” Deze subsidie leidde tot Lambins eerste bedrijf: ptTheragnostics, inmiddels opgekocht door DNAmito, een Amerikaans bedrijf dat radiotherapeuten helpt op basis van diverse patiëntkarakteristieken de optimale vorm van bestraling te kiezen. “Het mooie daarbij was dat ik al snel merkte dat zo’n bedrijf ook het doen van verder wetenschappelijk onderzoek vergemakkelijkt. Als bedrijf kun je namelijk beroep doen op een veel ruimer aanbod van subsidievormen dan als wetenschapper, bijvoorbeeld diverse subsidies voor technologietransfer. Waarbij ook nog eens de kans dat je daadwerkelijk een subsidie binnenhaalt vele malen groter is dan wanneer je als wetenschapper meedoet in de strijd om de beschikbare subsidies voor onderzoek. Daarnaast merkte ik dat je als bedrijf aantrekkelijker bent voor postdocs om te komen werken dan als kennisinstelling. Kortom, meer geld voor verder onderzoek en gemakkelijker aan goede onderzoekers komen. Maar het mooiste van een bedrijf is natuurlijk dat je er actief aan mee kunt werken dat je wetenschappelijke vindingen niet alleen mooie publicaties opleveren, maar dat op de lange termijn patiënten er wereldwijd de vruchten van kunnen plukken doordat je een verbetering in de zorg mogelijk hebt gemaakt.”
Cultuurverschillen
Een wetenschapper die een bedrijf begint, komt wel in een andere wereld terecht, blikt Lambin terug. “De academische wereld is in principe open, gericht op het delen van data en inzichten. Je moet eraan wennen dat het bedrijfsleven minder open is. Nieuwe vindingen worden zo snel mogelijk gepatenteerd en pas daarna krijgen anderen er toegang toe en inzicht in. Daarnaast is er een groot verschil in de mate van focus. De academische wereld is divergerend; je bewandelt vaak diverse paden tegelijk om ergens nieuwe kennis over te vergaren. Het bedrijfsleven is convergerend, je moet één goed product afleveren en dat liefst zo snel mogelijk. Alle inspanningen moeten gericht zijn op dat ene doel: het in de markt zetten van een nieuw, liefst baanbrekend product. Er is geen tijd voor zijwegen. Pas als je product ‘af’ is, kun je je richten op een volgend doel. Daarnaast zijn er tempoverschillen: in de academische wereld is het geen probleem om een jaar te wachten alvorens een contract of licentie te tekenen, in een bedrijf is dat onacceptabel lang. Dat zijn cultuurverschillen waaraan je moet wennen.”
Scientific advisor
De convergerende cultuur in het bedrijfsleven is ook een van de redenen dat Lambin in de door hem opgezette bedrijven nooit zitting heeft genomen in het management. “De bedrijfsmatige leiding laat ik graag over aan mensen die daarvoor zijn opgeleid en ervaring mee hebben. Ik kies zelf liever voor een functie als scientific advisor. Dat biedt mij de mogelijkheid aan de ‘academische kant’ van het bedrijf te blijven staan. Wat mij betreft is dat de leukste kant van het bedrijf. Ik heb dan de vrijheid om toch breed rond te kijken en vanuit die positie de wetenschappelijke ontwikkelingen op te pikken die mogelijk interessant zijn voor het bedrijf. Ik werk momenteel voor 80% als hoogleraar aan de Universiteit Maastricht en heb één dag in de week die ik kan besteden aan mijn bedrijfsmatige activiteiten. Daarbij probeer ik altijd goed op te passen dat er geen belangenverstrengeling gaat optreden tussen mijn werkzaamheden op de universiteit en die binnen de bedrijven waaraan ik ben verbonden. Daarbij heeft voor mij mijn wetenschappelijke reputatie voorrang boven het bedrijfsbelang.”
Lambin heeft inmiddels een kleine twintig patenten op zijn naam staan en is (co-)founder van een handvol bedrijven (zie Kader). “Dat betekent niet dat ik nu slapend rijk wordt”, grapt hij. “Start-ups hebben een lange weg te gaan naar winstgevendheid. Dat vereist het durven nemen van risico’s en zeker ook het durven falen. Alleen zo is er kans voor een bedrijf om met een doorbraak te komen. De ‘rijkdom’ zit hem vooral in het kunnen toepassen van mijn wetenschappelijke werk in de praktijk. Mijn belangrijkste motivatie om bedrijven op te zetten is en blijft dan ook het leveren van een concrete en tastbare bijdrage aan het verbeteren van de gezondheidszorg.”
Dr. Marten Dooper, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2020 vol 11 nummer 2
Bedrijven waarvan Philippe Lambin (co-)founder is:
Oncoradiomics (www.oncoradiomics.com/)
DNAmito (dnamito.com/)
Exomnis (www.exomnisbiotech.com/)
Convert Pharmaceuticals (www.convertpharma.com)
MedC2 (www.medicalcloudcompany.com/)