AMC-onderzoekers zijn een mogelijke behandeling op het spoor voor een teruggekeerd neuroblastoom, een tumor van het zenuwstelsel. Dergelijke tumoren, die vooral bij kinderen voorkomen, zijn uiterst moeilijk weg te krijgen als ze na therapie weer de kop opsteken. Door het volledige genoom van recidief neuroblastoom te ontrafelen, vonden de onderzoekers van de afdeling Oncogenomics een manier om de tumorgroei te remmen. Een publicatie daarover die zij samen met Amerikaanse en Franse collega’s schreven, verschijnt vandaag in het toonaangevende medische vakblad Nature Genetics.
Neuroblastoom is een agressieve, moeilijk te behandelen tumor. Het AMC ziet veel kinderen met deze zeldzame vorm van kanker. Als een kind na het tweede jaar een neuroblastoom krijgt, zijn de vooruitzichten slecht. De tumor is verantwoordelijk voor 15 procent van de sterfgevallen aan kinderkanker.
De meest ernstige vorm van neuroblastoom vereist zware behandelingen: inwendige bestraling, chemotherapie, chirurgie, uitwendige bestraling gevolgd door een beenmergtransplantatie en tot slot een langdurige behandeling met immuuntherapie. ‘Aanvankelijk reageren veel patiënten goed op de behandeling, de tumor verdwijnt soms zelfs’, vertelt onderzoeker Jan Molenaar. ‘Het probleem is echter dat de tumor in zestig tot zeventig procent van de gevallen terugkomt. En dan is hij bijna niet meer weg te krijgen.’
Molenaar en zijn collega’s wilden weten in hoeverre de oorspronkelijke tumor en het recidief neuroblastoom van elkaar verschillen. Enkele jaren geleden wisten ze als eerste ter wereld het complete genetisch materiaal van het neuroblastoom te ontrafelen. Nu hebben ze ook de teruggekeerde tumor genetisch in kaart gebracht.
De verschillen waren enorm: na zijn terugkeer heeft de tumor een razendsnelle evolutie doorgemaakt waardoor hij ongevoelig is geworden voor behandeling. Molenaar: ‘We zagen meer en andere DNA-afwijkingen dan bij het originele neuroblastoom.’ Collega Thomas Eleveld vond een patroon in de mutaties. Dat leidde hem naar een signaalpad dat in lichaamscellen gevolgd wordt om bepaalde boodschappen door te geven. Dit RAS-signaalpad bleek overactief bij teruggekeerd neuroblastoom en stimuleert de groei van de tumor continu.
Een meevaller voor de onderzoekers is dat er al stoffen bestaan die het overactieve signaalpad remmen. Eleveld en zijn collega’s testten drie verschillende remmers in het laboratorium. Gemuteerde neuroblastoomcellen bleken goed te reageren op deze stoffen. Muizenstudies lieten eveneens zien dat de remmers effect hebben. Eleveld: ‘Het lijkt een stap in de goede richting.’ De volgende fase is onderzoek bij patiënten. Eén van de bedrijven die de remmers ontwikkelden, gaat een trial opzetten voor kinderen met teruggekomen neuroblastoom.
Molenaar: ‘Deze aanpak past in de wereldwijde trend om kankerpatiënten een behandeling op maat te bieden. Eerst brengen we een tumor genetisch in kaart, en dan kijken we welke middelen het best zouden werken. Vervolgens gaan we na waar trials met die medicijnen plaatsvinden zodat de patiënt daaraan kan meedoen.’
Bron: AMC