De master Oncology van de Vrije Universiteit Amsterdam brengt onderzoekers binnen de oncologie in contact met talentvolle studenten die in opleiding zijn tot translationeel onderzoeker. Opleidingscoördinator Marwa Soliman, MSc, en dr. Rutger-Jan Swijnenburg, opleidingsdirecteur van deze master, geven een toelichting op deze internationaal georiënteerde masteropleiding. “Een master, puur gericht op oncologie, is een unicum in Europa.”
Het aantrekken van talentvolle studenten en het afleveren van volwaardige onderzoekers die hun steentje kunnen bijdragen aan translationeel onderzoek, dat is waar de internationale master Oncology van de Vrije Universiteit Amsterdam voor staat, geeft Rutger-Jan Swijnenburg aan. “Ik denk niet dat er ergens anders in de wereld een vergelijkbare voltijdstudie is, die zoals deze master, puur op kankeronderzoek is gefocust. Je hebt op veel universiteiten biomedische wetenschappen, een bredere opleiding. Wij willen studenten opleiden tot translationele onderzoekers om zo uiteindelijk betere behandelingen voor patiënten met kanker te kunnen ontwikkelen.” Marwa Soliman: “Veel afgestudeerde studenten - ongeveer 75% - gaan een promotietraject in. Anderen gaan een bijdrage leveren aan klinische trials of komen te werken in farmaceutische industrieën of onderzoeksinstellingen.”
Echte talenten
Om binnen te komen bij de master Oncology geldt een toelatingsprocedure. “We zoeken naar echte talenten. Ze moeten een dossier aanleveren dat is opgebouwd uit een motivatiebrief en een curriculum vitae. Ook doen ze een toelatingsexamen”, zegt Swijnenburg. “Belangrijk is verder dat ze een bachelor als achtergrond hebben waarin ze vakken hebben gehad zoals immunologie, oncologie en biomoleculaire kennis. Denk aan studenten vanuit de opleidingen biomedische wetenschappen, geneeskunde of overige life sciences.
Per jaar krijgen we ongeveer honderd aanmeldingen, waarvan we er veertig kunnen plaatsen in de opleiding”, zegt Soliman, die zelf een achtergrond in biomedische wetenschappen heeft. "Zo starten de meest gemotiveerde studenten aan onze opleiding", vult Swijnenburg aan. “Ongeveer 30% van de studenten is internationaal. Het internationale karakter maakt deze studie uniek.”
Cancer Center Amsterdam
De master Oncology is gestart in 2002 en langzaam uitgegroeid vanuit een klein aantal gemotiveerde onderzoekers die nieuw toekomstig talent wilden opleiden, vertelt Swijnenburg. “Nu is de master Oncology uitgegroeid tot een belangrijke studie aan de Vrije Universiteit.” Soliman: “De master is een belangrijk onderdeel van de onderwijsvisie van Cancer Center Amsterdam (CCA). De vakken worden ook door toonaangevende wetenschappelijke onderzoekers gegeven die verbonden zijn aan CCA. Studenten gaan daarna stagelopen bij een van de laboratoria die aangesloten zijn bij de Onderzoekschool Oncologie Amsterdam, binnen CCA, het NKI/Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam en het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie in Utrecht.”
Swijnenburg: “In Amsterdam hebben we de fusie gehad van het Academisch Medisch Centrum (AMC) en het VU medisch centrum. Al het oncologische onderzoek en de hele oncologische zorg is gelateraliseerd naar de VU-locatie aan de De Boelelaan. Daar is ook CCA gevestigd. Doordat er oncologische expertise vanuit het voormalige AMC richting de De Boelelaan gaat, kun je de krachten bundelen en deze studie nog eens een extra kwaliteitsimpuls geven.”
Curriculum
In het twee jaar durende curriculum krijgen de studenten het hele scala aan onderzoek binnen de oncologie te zien, zegt Swijnenburg, die als hepato-pancreato-biliair (HPB)-chirurg in het Amsterdam UMC ook betrokken is bij oncologisch onderzoek. “Ik ben bij de master betrokken geraakt vanuit de ambitie en de motivatie om bij te dragen aan oncologisch onderzoek en onderwijs hierin. Zelf doe ik onderzoek naar nieuwe chirurgische technieken, imagingtechnieken om tumoren beter te kunnen verwijderen tijdens een operatie, zoals moleculaire imaging met PET voorafgaand aan de operatie en/of fluorescentie tijdens de operatie.
Deze studenten krijgen een aantal verplichte vakken waarin ze het hele scala aan oncologisch onderzoek in twee jaar krijgen te verwerken. Vakken die ze krijgen zijn bijvoorbeeld oncogenese, tumor immunology, tumor biology & clinical behavior en innovative tumor therapies. Ook biostatistiek en bio-informatica krijgen ze mee. Daarnaast vinden we het belangrijk dat ze een onderzoeksvoorstel kunnen schrijven. Daarin worden ze vanaf het begin getraind.”
Naast het eerder besproken minor internship, is er in het tweede jaar een major internship. Hier krijgen de studenten de kans om praktische training en vaardigheden op te doen in internationale topinstituten.” Soliman: “We verwachten van de studenten dat ze dit zelf kunnen organiseren. Ze gaan dan stagelopen bij topinstituten in Europa of elders in de wereld. Op dit moment zijn er studenten actief in instituten zoals de Harvard University.”
Win-winsituatie
De master Oncology levert een win-winsituatie op, zegt Swijnenburg. “We geven onderwijs aan nieuwe onderzoekers die eraan meewerken dat kanker in de toekomst steeds vaker een chronische ziekte zal worden. Belangrijk is dat onderzoekers binnen de oncologie weten dat deze master professionele jonge onderzoekers opleidt. Deze studenten zoeken stageplekken door het hele land. Door al in een vroeg stadium - in het eerste jaar van hun opleiding - stage te lopen, kunnen studenten kennis maken met de beste onderzoekers - wat hen inspireert - en kunnen onderzoekers op hun beurt goede studenten krijgen die een promotietraject kunnen ingaan om zo het oncologisch onderzoek weer een stap verder te brengen. Dat is dubbele winst.”
Summum
De master levert - zoals genoemd - studenten af die gespecialiseerd zijn in translationeel onderzoek, het stadium voorafgaand aan klinisch onderzoek. “Klinische onderzoekers hebben meestal geneeskunde als achtergrond. Maar de master Oncology heeft ook veel raakvlakken met geneeskunde”, zegt Swijnenburg. “We zien namelijk ook studenten die zowel een master geneeskunde doen als een master oncologie. Voor mij als clinicus is dat het summum, dat je als internist-oncoloog, internist-hematoloog of oncologisch chirurg gaat werken en je hebt ook de master Oncology gedaan. Daar kun je gedurende heel je carrière profijt van hebben. Je weet dan hoe je translationeel onderzoek kunt doen. De bevindingen daaruit kun je vervolgens vertalen naar potentieel nieuwe behandelingen die nuttig kunnen zijn voor patiënten met kanker. Een voorbeeld van een mooi resultaat van translationeel onderzoek is immunotherapie. Dat is voor bepaalde tumoren - zoals gemetastaseerd melanoom en longkanker - een echte gamechanger geworden. Immunotherapie is in het laboratorium ontwikkeld door onderzoekers zoals we die proberen op te leiden binnen de master Oncology.”
Toekomst
Voor aanstormende onderzoekers zijn er nog tal van uitdagende onderzoeksterreinen, zegt Swijnenburg. “Er is een enorme ontwikkeling op het gebied van klinische technologie binnen de oncologie. Daar moeten we ook op focussen, zoals op innovaties binnen radiotherapie, nieuwe chirurgische technieken en niet te vergeten artificial intelligence (AI).”
“Ook het opzetten van een eigen bedrijf, valorisatie van nieuwe potentiële behandelingen en deze van waarde maken voor de maatschappij, zijn belangrijke speerpunten voor de toekomst”, zo besluit Soliman.
Drs. Marc de Leeuw, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2023 vol 14 nummer 3