Patiënten bij wie een glioblastoom is verwijderd, wacht na de operatie nog een zwaar traject. Ze worden bestraald om eventueel achtergebleven resten tumorweefsel te doden en krijgen hoge doses ontstekingsremmers om zwelling van de hersenen tegen te gaan. De Utrechtse hoogleraar Nanomedicine prof. dr. Raymond Schiffelers hoopt hun verlichting te kunnen bieden door de achtergebleven holte op te vullen met een radioactieve lijm en een gel met ontstekingsremmers en antikankermedicijnen.
Raymond Schiffelers’ idee is onlangs gehonoreerd met een subsidie van het programma Technology for Oncology van KWF Kankerbestrijding en de Stichting voor Technische Wetenschappen van NWO. In wezen combineert hij twee bestaande behandelingen tot één nieuwe: inwendige radiotherapie en gereguleerde afgifte van ontstekingsremmers. De problemen die hij met zijn project hoopt op te lossen zijn dan ook vooral van praktische aard.
Holmium
Een kenmerk van glioblastomen is dat ze in 90% van de gevallen opnieuw opduiken op de plaats waar ze eerder zijn verwijderd. Nu worden patiënten daarvoor bestraald, maar er zit een maximum aan de stralingsdosis die in de hersenen zonder vervelende bijwerkingen kan worden toegediend. Dit hoopt Schiffelers op te lossen door in de achtergebleven holte bolletjes met holmium-166 te brengen. “Dr. Frank Nijsen van de afdeling Radiotherapie hier in het UMC heeft dergelijke deeltjes ontwikkeld voor patiënten met levermetastasen. Die spuit hij in via de leverarterie waarna ze zich ophopen bij de tumoren en die van binnenuit bestralen. We vermengen deze bolletjes, waarvan we weten dat ze veilig zijn, met een fibrinelijm om ze daarmee als het ware op de wand van de holte te plakken.” Ook de fibrinelijm bestaat al. Chirurgen gebruiken hem om bloedingen te stelpen.
De keuze voor holmium als inwendige straler was niet moeilijk, legt Schiffelers uit. “Holmium dringt maar 2 mm het weefsel in en richt dus maar beperkte schade aan in gezond weefsel. In elk geval is die schade kleiner dan wanneer je van buitenaf bestraalt. Bovendien vervalt de isotoop in twee dagen, dus hij is snel uitgewerkt. We kunnen daarom meteen een flinke dosis aanbieden. Dat betekent ook dat de lijm maar een paar dagen hoeft te houden.”
Daarmee raakt hij aan een van de praktische zaken die opgelost moeten worden. De combinatie van holmiumdeeltjes en de fibrinelijm is nooit eerder gebruikt. “Voorwaarde voor succes is dat we de stralers in de fibrine goed weten te fixeren. De lijm moet zo stevig zijn dat hij niet te snel wordt afgebroken of naar de bodem van de holte zakt. Maar hij mag zich ook niet buiten de holte verspreiden. De holmium moet homogeen verdeeld zijn en mag het bloedstelpende karakter van de fibrinenetwerken niet verstoren.” Onderzoekers van de afdeling Biomaterials Science and Technology van de Universiteit Twente gaan zich met deze vragen bezighouden.
Dexamethason
Om de bijwerkingen van de therapie te verminderen krijgen patiënten op dit moment hoge doses dexamethason. Dat moet de zwelling van het brein tegengaan. Door het middel lokaal aan te bieden hoopt Schiffelers de doses te kunnen verlagen. Dat gebeurt door het middel verpakt in een stevige gel met liposomen in de holte te brengen. Daar wordt de gel langzaam afgebroken, zodat het middel geleidelijk vrijkomt. De liposomen met dexamethason zijn door één van Schiffelers’ collega’s ontwikkeld voor reumapatiënten.
Een mogelijk gunstig neveneffect hiervan is dat er aanwijzingen in de literatuur zijn dat dexamethason het effect van de straling versterkt, maar dat is nog niet overtuigend aangetoond. Ook zijn er aanwijzingen dat corticosteroïden tumorremmende eigenschappen hebben. “We hebben dat getest door deze liposomen in een tumor te laten ophopen na intraveneuze injectie. Dat had meteen effect. Groepen in Leiden en Aken hebben het ook bij andere tumoren geprobeerd en het lijkt ook daar te werken. In ons project gebruiken we de dexamethason echter vooral om de bijwerkingen van de operatie en de radiotherapie te beperken. Natuurlijk hopen we ook op een effect op de tumorgroei, maar daar is het ons nu niet om begonnen.”
Preklinisch
Voor het testen van de combinatie lijm-gel is een goed diermodel onmisbaar. Muizen zijn waarschijnlijk ongeschikt, want die zijn te klein. “We willen dan ook zo snel mogelijk aankloppen bij onze buren, de veterinaire faculteit. Daar is al mee samengewerkt in het project over levermetastasen. Tumoren bij honden en katten hebben vaak een fenotype dat lijkt op dat van humane tumoren en de afmetingen kloppen beter met wat je bij mensen tegenkomt.”
Schiffelers verwacht dat snel gewerkt kan worden omdat het project draait om een combinatie van twee bestaande behandelingen. “De holmiumbolletjes worden nu tien jaar na de start van dat onderzoek aan levermetastasen in de kliniek toegepast. Daar hebben we veel van geleerd. Het grootste risico is denk ik dat de holmium zich zou kunnen gaan verspreiden. Dat moeten we zeker voorkomen.”
Drs. Huup Dassen, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2016 vol 7 nummer 5