Tijdens de Oncologiedagen voor Nederland en Vlaanderen 2019 werd het proefschrift van dr. Annemieke Witteveen (Universiteit Twente) bekroond met het predicaat Oncologieproefschrift van het jaar.1 Zij ontwikkelde een model voor een meer geïndividualiseerde nacontrole bij vrouwen die behandeld zijn wegens borstkanker.
In het najaar van 2016 bracht het Zorginstituut Nederland (ZiN) het rapport Verbeteringssignalement. Zinnige nacontrole bij vrouwen behandeld voor borstkanker uit. Hierin concludeerde het ZiN, kort samengevat, dat het wenselijk zou zijn als de intensiteit van de nacontrole zou worden afgestemd op de situatie van de individuele vrouw door meer aan te sluiten bij het individuele risico op het ontwikkelen van een lokaal of regionaal recidief.
Ten tijde van de publicatie van dit rapport was Annemieke Witteveen al hard aan het werk instrumenten te ontwikkelen die een meer geïndividualiseerde nacontrole van borstkankerpatiënten mogelijk maken. “In de huidige richtlijn is de frequentie van de nacontrole met mammografie op het ontstaan van recidieven voor alle vrouwen gelijk. Daarna is de leeftijd de enige factor die de frequentie van de nacontrole bepaalt. Terwijl er natuurlijk veel meer factoren van invloed zijn op het ontstaan van een recidief. Bijvoorbeeld de klierstatus, en wel of geen hormoontherapie gehad hebben.”
Het hanteren van strikte leeftijdsgrenzen leidt ook tot paradoxale situaties, laat Witteveen zien. “Als je kijkt naar het cumulatieve risico op een recidief, is dat het hoogste voor vrouwen tussen 60 en 75 jaar. Terwijl voor hen een aanbeveling geldt om eenmaal per twee jaar een mammogram te laten maken. Vrouwen van 50 tot 60 jaar wordt geadviseerd jaarlijks een mammogram te laten makten, terwijl het cumulatieve risico op een recidief voor deze hele groep lager is dan voor de vrouwen tussen 60 en 75 jaar. De jonge groep is echter zeer heterogeen; een deel heeft een hoog risico - wat de jaarlijkse nacontrole rechtvaardigt - en een deel heeft juist een heel laag risico op een recidief.”
Nomogram
Kortom, een pleidooi voor een meer persoonsgerichte aanpak bij de nacontrole. Ook al omdat, zoals uit het onderzoek van Witteveen blijkt, in de dagelijkse praktijk de frequentie van de nacontrole vooral afhankelijk is van het aantal specialismen dat betrokken is/was bij de behandeling van de betreffende patiënte. “Hoe meer specialismen de vrouw had gezien, des te vaker vindt er nacontrole plaats.”
Om beter zicht te krijgen op het individuele risico van een vrouw op het ontstaan van een locoregionaal recidief van borstkanker ontwikkelde Witteveen het INFLUENCE-nomogram.2 “Dit nomogram is ontwikkeld op basis van data van ruim 37.000 vrouwen met borstkanker in de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en is inmiddels in diverse cohorten gevalideerd. Het is beschikbaar als een online tool. Je kunt alle gegevens van de patiënt invullen, zoals leeftijd, tumorgrootte, graad, aantal positieve klieren, hormoonstatus, therapie, enzovoort. Dat levert het individuele risicoprofiel van de vrouw op een recidief in de tijd op.”
Om vanuit dit individuele risico op een recidief te komen tot een individuele aanbeveling voor de nacontrole maakte Witteveen vervolgens een zogeheten partially observable Markov decision process (POMDP).3 “Zo’n model houdt naast het persoonlijke risico op een recidief ook rekening met onder andere de voor- en nadelen van de test (bijvoorbeeld een fout-positieve uitslag), de leeftijd en de levensverwachting van de vrouw op dat moment. Dit resulteert uiteindelijk in een aanbeveling voor een optimaal nacontroleschema. Dit schema kun je als startpunt gebruiken om samen met de patiënt te komen tot een nacontroleschema op maat.”
Referenties
1. Proefschrift Annemieke Witteveen INFLUENCE: individualized follow-up for breast cancer. Te raadplegen via https://research.utwente.nl/en/publications/influence-individualized-follow-up-for-breast-cancer
2. INFLUENCE-nomogram. Te raadplegen via http://www.utwente.nl/influence
3. Witteveen A, et al. Cancer Med 2018;7:5291-8.
Dr. Marten Dooper, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2020 vol 11 nummer 1