Een internationaal onderzoeksteam onder leiding van prof. dr. Edwin Bremer (UMC Groningen) heeft een Europese subsidie gekregen om immunotherapieën te ontwikkelen die zich heel specifiek op de kankercel richten.
Op het gebied van immunotherapie zijn de laatste jaren belangrijke doorbraken bewerkstelligd. Dit maakt de vraag relevant wat er zo uniek is aan het onderzoeksnetwerk I-DireCT (Immune DIREcted and Cancer-selective immunoTherapy) dat het EU Horizon 2020- en Marie Curie-programma er een subsidie van 2,5 miljoen euro voor verstrekt. “Ondanks alle doorbraken is de huidige generatie immunotherapieën niet perfect. Ze werken namelijk niet alleen op de plek waar de kankercel moet worden bestreden, maar hebben effecten in het gehele lichaam, wat natuurlijk voor ernstige bijwerkingen kan zorgen”, zegt Edwin Bremer. “Wat onze onderzoeksgroep nu juist wil doen, is therapieën ontwikkelen die heel specifiek de kankercellen herkennen, waardoor het afweersysteem alleen op de plek van de kanker actief wordt. Daarnaast is het de bedoeling om deze nieuwe middelen in te pakken in speciaal ontworpen nanopartikels. Hierdoor zullen de antilichamen die de kankercellen moeten aanvallen ook nog alleen vrijkomen op de plaats waar de tumor zich bevindt. Wat onze aanpak zo bijzonder maakt, is dat we in ons onderzoeksconsortium alle facetten van deze nieuwe ontwikkelingen bij elkaar brengen om tot een optimaal actief en tumorselectief middel te komen.”
Elkaar aanvullen
Bremer heeft het hierbij over het UMC Groningen, waaraan hij zelf verbonden is als adjunct-hoogleraar bij de afdeling Hematologie, de universiteit van Würzburg en de biotechbedrijven InoCure uit Tsjechië, Surflay Nanotec uit Duitsland en KAHR Medical uit Israël. “We hebben allemaal onze specifieke invalshoek”, vertelt Bremer, “en vullen elkaar perfect aan. Zelf zijn wij nieuwe, zogeheten bispecifieke antilichaamgebaseerde therapieën aan het ontwikkelen, zowel gericht op het blokkeren van checkpoints als het aanzetten van activerende receptoren op afweercellen. De universiteit van Würzburg speelt in dat laatste ook een belangrijke rol, terwijl KAHR Medical op basis van deze kennis innovatieve, multifunctionele immunotherapeutische middelen ontwikkelt. InoCure en Surflay Nanotec hebben een complementerende aanpak, waarbij de een nanopartikels ontwikkelt en de ander pH-gevoelige en tumorselectieve coatings, waardoor nieuwe therapeutica ook nog eens selectief vrijkomen waar dit gewenst is.”
Gezamenlijk richt dit consortium zich op de ontwikkeling van immunotherapieën voor diverse soorten kanker “Mijn eigen focus ligt op de hematologie, met name acute myeloïde leukemie”, vertelt Bremer. “We richten ons echter ook op bijvoorbeeld eierstokkanker, een kankertype dat vaak laat gediagnosticeerd wordt en heftig verloopt. Voor beide soorten kanker hebben we al goede in-vitro- en in-vivomodellen ontwikkeld om het effect van de immunotherapieën die we gaan ontwikkelen te testen. En we weten van immunotherapieën dat iets wat wordt ontwikkeld voor één type kanker met gerichte aanpassingen ook voor andere typen tumoren ingezet kan worden. Van dat effect hopen we ook gebruik te kunnen maken.”
Vier jaar
Op dit moment bevindt het consortium zich nog in de voorbereidende fase. “We hopen over een half jaar tien jonge onderzoekers te hebben aangesteld”, zegt Bremer. “De looptijd van ons onderzoek is vier jaar. We richten ons erop om aan het einde van die periode selectieve therapieën te hebben ontwikkeld waarmee we het immuunsysteem van het lichaam heel gericht de tumor aan kunnen laten vallen. Dat zou dan het begin kunnen zijn van de logische vervolgstap: klinische studies.”
Drs. Franck van Wijck, wetenschapsjournalist
Immunoncologie.nl 2018 vol 2 nummer 3