De resultaten van een eenarmige fase 2-studie laten zien dat behandeling met atezolizumab, bevacizumab en cobimetinib bij patiënten met melanoomhersenmetastasen geassocieerd is met een percentage intracraniële respons van 37% en een klinisch voordeel van 53%. Daarnaast waren de bijwerkingen van deze combinatiebehandeling hanteerbaar, zo bleek tijdens het ESMO Congress 2023 uit de presentatie van dr. Elizabeth Burton (Houston, Verenigde Staten).
Van alle maligniteiten is melanoom geassocieerd met het hoogste risico op metastasen in het centraal zenuwstelsel en neurologische dood.1,2 Patiënten met deze metastasen worden vaak geëxcludeerd van klinische studies, wat leidt tot een vertraagde ontwikkeling van nieuwe behandelopties. “Doelgerichte therapie met ipilimumab en nivolumab is geassocieerd met intracraniële responsen bij ruim de helft van de patiënten met melanoomhersenmetastasen (MBM). Van de patiënten met een respons had 87% bovendien een duurzame respons.3 Ook behandeling met atezolizumab, vemurafenib en cobimetinib was geassocieerd met een aanzienlijke intracraniële respons bij patiënten met BRAF-gemuteerde MBM.4 Deze combinatiebehandeling bleek echter niet geassocieerd met een duurzame respons”, vertelde Elizabeth Burton.
In de huidige fase 2-studie wordt de uitkomst onderzocht van atezolizumab, bevacizumab en cobimetinib (TACo) bij patiënten met MBM die refractair zijn voor PD-1-remmers. Hierbij was het primaire doel om de veiligheid en het intracraniëleresponspercentage (ICRR) te bepalen.
Aanzienlijke intracraniële respons
In totaal werden in deze studie twintig patiënten geïncludeerd en behandeld.5 Burton: “Hiervan was de meerderheid jonger dan 65 jaar, man en BRAF-wildtype. Daarnaast had 80% van de patiënten meer dan één hersenmetastase en was 30% behandeld met stereotactische radiochirurgie. Na een mediane follow-up van 8,2 maanden was TACo bij negentien evalueerbare patiënten geassocieerd met een ICRR van 37% en een klinischvoordeelpercentage van 53%. Bij patiënten met extracraniële ziekte (n=18) had 56% een gelijktijdig intra- en extracranieel voordeel. Na een mediane behandelduur van 8,0 weken was de mediane intracraniële progressievrije overleving 1,8 maanden en de mediane algehele overleving 9,3 maanden.”
Hanteerbare toxiciteit
Behandelingsgerelateerde bijwerkingen van elke graad dan wel graad 3 of 4 kwamen voor bij respectievelijk 90% en 35% van de patiënten. “Bijwerkingen van graad 5 kwamen niet voor. Bij één patiënt werd de behandeling wegens bijwerkingen voortijdig gestopt. Zoals verwacht waren de meest voorkomende bijwerkingen huiduitslag (70%), diarree (55%) en hypertensie (25%). Al deze bijwerkingen werden opgelost met korte behandelonderbrekingen en doseringsverminderingen. Samengevat rechtvaardigen deze resultaten verdergaand onderzoek naar TACo in deze uitdagende patiëntenpopulatie”, aldus Burton.
Referenties
1. Cohen JV, et al. Pigment Cell Melanoma Res 2016;29:627-42.
2. McTyre ER, et al. Neuro Oncol 2017;19:558-66.
3. Tawbi HA, et al. Lancet Oncol 2021;22:1692-704.
4. Dummer R, et al. Lancet Oncol 2023 Jul 14:S1470-2045(23)00334-0. doi: 10.1016/S1470-2045(23)00334-0. Online ahead of print.
5. Burton E, et al. Ann Oncol 2023;34(suppl 2): abstr 1085O.
Dr. Robbert van der Voort, medical writer