De resultaten van de KEYNOTE-054-studie laten zien dat er geen klinisch relevante verschillen zijn in de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven op lange termijn tussen pembrolizumab of placebo bij patiënten met gereseceerd stadium III-melanoom. Prof. dr. Alexander Eggermont (Prinses Máxima Centrum, Utrecht) presenteerde deze resultaten tijdens het ESMO Congress 2022.
In de KEYNOTE-054-studie werden 1.019 patiënten met gereseceerd hoog-risico stadium III-melanoom 1:1 gerandomiseerd naar een behandeling met pembrolizumab of placebo. De eerder gepubliceerde resultaten wat betreft de recidiefvrije overleving en afstandsmetastasevrije overleving lieten een voordeel zien voor de pembrolizumabarm.1 Een van de verkennende uitkomstmaten in deze studie was de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (HRQoL). Deze werd tijdens de behandeling en in het eerste jaar na het voltooien van de behandeling elke twaalf weken geëvalueerd, en daarna elke zes maanden. “Een eerdere analyse van de HRQoL gedurende de behandeling liet geen klinisch relevante verschillen tussen beide studiearmen zien”, zei Alexander Eggermont.2
Overeenkomstige resultaten
Een belangrijk doel van de huidige analyse die Eggermont presenteerde, was het bepalen van de impact van de behandeling op de globale gezondheidsstatus/kwaliteit van leven en fysiek functioneren op lange termijn.3 De mediane follow-up was ongeveer vijf jaar.
Wat betreft de globale gezondheidsstatus/kwaliteit van leven op lange termijn was het verschil in gemiddelde verandering ten opzichte van baseline tussen pembrolizumab en placebo -2,19 (95% BI -4,65-0,27). Eggermont: “Er is echter een verschil van meer dan tien punten nodig om een significante impact te hebben op de HRQoL.” Ook de resultaten voor fysiek functioneren kwamen overeen tussen de pembrolizumab- en placeboarm (het verschil in gemiddelde verandering ten opzichte van baseline op lange termijn was -0,56; 95% BI -2,31-1,19).
Impact afstandsmetastasen
Voor de andere onderzochte schalen voor kwaliteit van leven (rolfunctioneren, sociaal functioneren, emotioneel functioneren, vermoeidheid en cognitief functioneren) werden eveneens geen klinisch betekenisvolle verschillen tussen pembrolizumab en placebo gevonden. Tot slot is gekeken naar de impact van het hebben van afstandsmetastasen en immuungerelateerde bijwerkingen op de kwaliteit van leven. “Niet onverwacht had het hebben van afstandsmetastasen een verslechtering van de kwaliteit van leven tot gevolg”, aldus Eggermont. “Voor de immuungerelateerde bijwerkingen zagen we geen bewijs voor een impact op de HRQoL op lange termijn.”
Hij concludeerde dat er in de KEYNOTE-054 geen klinisch relevante verschillen waren tussen pembrolizumab en placebo wat betreft de HRQoL op lange termijn, dat de ontwikkeling van afstandsmetastasen wel gepaard ging met een verslechtering van de HRQoL, maar dat immuungerelateerde bijwerkingen daar geen impact op hadden.
Referenties
1. Eggermont AMM, et al. N Engl J Med Evidence 2022; doi: 10.1056/EVIDoa2200214.
2. Bottomley A, et al. Lancet Oncol 2020;22:655-64.
3. Bottomley A, et al. Ann Oncol 2022;33(suppl_7):S808-S869.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist