Een behandeling met FOLFIRINOX bij patiënten met lokaal gevorderd pancreascarcinoom geeft een betere progressievrije overleving dan gemcitabine. Deze betere progressievrije overleving leidde echter niet tot een verbetering van de algehele overleving. Dit blijkt uit de resultaten van de PRODIGE 29/NEOPAN-studie, waarvan dr. Michel Ducreux (Villejuif, Frankrijk) de resultaten presenteerde tijdens het ESMO Congress 2022.
Het idee achter de fase 3-PRODIGE 29/NEOPAN-studie was dat als FOLFIRINOX werkzamer is dan gemcitabine bij patiënten met gemetastaseerd pancreascarcinoom, dit mogelijk ook het geval is bij patiënten met lokaal gevorderde ziekte, legde Michel Ducreux uit. In deze studie werden daarom 171 patiënten met écht lokaal gevorderde ziekte, dus niet resectabel, 1:1 gerandomiseerd naar een behandeling met FOLFIRINOX (twaalf cycli van twee weken) of gemcitabine (zes cycli van vier weken).1 De primaire uitkomstmaat was de progressievrije overleving (PFS) en secundaire uitkomstmaten waren de veiligheid en algehele overleving (OS).
PFS van 9,7 maanden
“De studie behaalde de primaire uitkomstmaat”, zei Ducreux. “De mediane PFS nam toe van 7,5 maanden met gemcitabine naar 9,7 maanden met FOLFIRINOX (p=0,03). Maar ondanks de lange follow-up van 41,1 maanden vonden we geen verschil in mediane OS tussen beide armen.” Deze was 15,6 maanden met gemcitabine en 15,1 maanden met FOLFIRINOX (p=0,50).
Ducreux liet verder zien dat de behandeling met FOLFIRINOX meer bijwerkingen gaf dan gemcitabine, maar het verschil tussen beide studiearmen was niet heel groot. In totaal rapporteerde 38% van de patiënten in de gemcitabine-arm en 41% van de patiënten in de FOLFIRINOX-arm behandelingsgerelateerde bijwerkingen van graad 3 of hoger.
Verder onderzoek
Ducreux concludeerde dat de PRODIGE 29/NEOPAN-studie een van de grootste fase 3-studies is bij écht lokaal gevorderd pancreascarcinoom, en dat een behandeling met FOLFIRINOX bij deze patiënten een verbetering van de PFS gaf versus gemcitabine. “We gaan verder onderzoeken wat de reden is voor het gebrek aan verschil in OS tussen beide groepen. Ook willen we de data over de kwaliteit van leven voor deze studie nog analyseren”, aldus Ducreux.
Referentie
1. Ducreux MP, et al. Ann Oncol 2022;33(suppl_7):S592-S598.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist
Congres Up-to-date 2022 vol 7 nummer 3
Commentaar prof. dr. Hanneke van Laarhoven, internist-oncoloog, Amsterdam UMC
Tijdens het ESMO Congress 2022 werd een zeer mooie studie gepresenteerd naar de behandeling van patiënten met een intrahepatisch cholangiocarcinoom en fibroblast growth factor receptor (FGFR)2-fusies of -herschikkingen. Voor deze patiënten hebben we voor de tweedelijnsbehandeling reeds een aantal pan-FGFR-remmers beschikbaar, waarbij de objectieve responspercentages (ORR’s) tussen 20 en 40% liggen. In de gepresenteerde studie werden patiënten behandeld met RLY-4008, een selectieve FGFR2-remmer die enkel bindt aan de FGFR2-receptor en niet aan andere FGFR-receptoren.1 Het betrof een fase 1-studie, dus het aantal patiënten is nog beperkt, maar de resultaten waren indrukwekkend. Voor alle geteste doseringen was de ORR 63%, dat is al heel hoog. Maar de subgroep van patiënten die de aanbevolen dosis voor verder onderzoek ontving, liet een ORR van 88% zien met een percentage ziektecontrole van maar liefst 100%. Nogmaals: het betreft een vroege studie en het expansiecohort wordt nog verder uitgebreid en hopelijk gaat er ook een gerandomiseerde studie volgen. Ik denk dat dit een middel is waar we in de toekomst nog meer over gaan horen.
Op dit moment hebben we nog geen doelgerichte therapie in tweede behandellijn beschikbaar voor patiënten met niet-resectabel/gemetastaseerd carcinoom van de maag of gastro-oesofageale overgang die HER2 tot expressie brengen. De eerder gepubliceerde DESTINY-Gastric01-studie, waarin patiënten gerandomiseerd werden naar trastuzumab deruxtecan (T-DXd) als derdelijnsbehandeling of chemotherapie naar keuze van de onderzoeker, was duidelijk positief, maar dat betrof een Aziatische studie.2 Dit maakt het lastig de resultaten te vertalen naar onze Westerse populatie. Dat was een belangrijke reden om de DESTINY-Gastric02-studie te doen, een eenarmige studie naar T-DXd, overigens reeds als tweedelijnsbehandeling.3 Nu werden de geüpdatete resultaten wat betreft de ORR gepresenteerd; die was toegenomen van 38% naar 41,8%. Dat zijn al mooie data, maar belangrijker zijn de overlevingsdata. De mediane algehele overleving (OS) was lang: 12,1 maanden. De mediane progressievrije overleving (PFS) was 5,6 maanden. Ik hoop dus van harte dat T-DXd beschikbaar zal komen voor onze patiënten.
Tot slot werden de resultaten gepresenteerd van de NEOPAN-studie bij patiënten met niet-resectabel, lokaal gevorderd pancreascarcinoom.4 Deze patiënten behandelen we in Nederland - denk ik - bijna allemaal met FOLFIRINOX. Dat doen we op basis van extrapolatie van de resultaten in gemetastaseerde setting. In de academische NEOPAN-studie werden patiënten behandeld met FOLFIRINOX of gemcitabine. De resultaten onderschrijven ons behandelbeleid. De PFS (de primaire uitkomstmaat) was 9,7 maanden met FOLFIRINOX en 7,5 maanden met gemcitabine. Helaas vertaalde dit zich niet in een OS-voordeel.
Referenties
1. Hollebecque A, et al. Ann Oncol 2022;33(suppl_7):S808-S869.
2. Shitara K, et al. N Engl J Med 2020;382:2419-30.
3. Ku G, et al. Ann Oncol 2022;33(suppl_7):S555-S580.
4. Ducreux MP, et al. Ann Oncol 2022;33(suppl_7):S592-S598.
In een podcast met prof. dr. ir. Koos van der Hoeven bespreekt prof. dr. Hanneke van Laarhoven naast bovenstaande studies ook een drietal studies bij het hepatocellulair carcinoom (de LEAP-002 naar lenvatinib plus pembrolizumab, een studie naar de combinatie van camrelizumab plus rivoceranib versus sorafenib en de RATIONALE-301 naar tislelizumab versus sorafenib). Daarnaast gaan zij kort in op de Moonlight-studie naar chemotherapie plus nivolumab en ipilimumab versus inductiechemotherapie gevolgd door nivolumab en ipilimumab bij het gemetastaseerd adenocarcinoom van de maag of de gastro-oesofageale overgang. Deze podcast is te beluisteren op oncologie.nu/podcasts.