Onderhoudsbehandeling met de proteasoomremmer ixazomib bij nieuw-gediagnosticeerde patiënten met multipel myeloom geeft een significant betere progressievrije overleving ten opzichte van placebo. Dit blijkt uit de eerste interimanalyse van de TOURMALINE-MM4-studie, waarvan dr. Meletios Dimopoulos (Athene, Griekenland) de resultaten presenteerde tijdens de EHA25 Virtual.1
Onderhoudstherapie volgend op de initiële behandeling bij patiënten met nieuw-gediagnosticeerd multipel myeloom (MM) lijkt ziekteprogressie uit te stellen.2,3 Een onderhoudsbehandeling met een proteasoomremmer is echter nog niet eerder onderzocht in een placebogecontroleerde setting. In de gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde fase 3-TOURMALINE-MM4-studie zijn de werkzaamheid en veiligheid van de orale proteasoomremmer ixazomib versus placebo onderzocht als onderhoudsbehandeling volgend op standaard inductiebehandeling bij nieuw-gediagnosticeerde MM-patiënten die niet in aanmerking kwamen voor autologe stamceltransplantatie (ASCT). In deze studie werden 706 patiënten 3:2 gerandomiseerd naar ixazomib (n=425) of placebo (n=281). Stratificatie vond plaats op basis van inductieregime, ziektestadium, leeftijd en respons op initiële therapie. De primaire uitkomstmaat was progressievrije overleving (PFS). Secundaire uitkomstmaten waren onder andere algehele overleving (OS), tijd tot progressie (TTP), PFS2, veiligheid en verdraagbaarheid op lange termijn, en kwaliteit van leven. Iets meer dan 82% van de patiënten had inductiebehandeling ontvangen met een proteasoomremmer en iets meer dan 30% met een immunomodulerend geneesmiddel (IMiD). Ongeveer 15% ontving beide. Twee derde van de patiënten had een complete respons (CR) op de inductiebehandeling of een zeer goede partiële respons (VGPR).
Risicoreductie van 34%
Na een mediane follow-up van 21,1 maanden werd een statistisch significante en klinisch betekenisvolle verbetering van de PFS gezien met ixazomib (17,4 maanden) versus placebo (9,4 maanden; HR 0,659; 95% BI 0,542-0,801, p<0,001). “Dit komt overeen met een reductie in het risico op progressie of overlijden van 34% voor ixazomib versus placebo”, aldus Meletios Dimopoulos. Het PFS-voordeel werd gezien voor alle vooraf gespecificeerde subgroepen (p<0,001). Daarbij werd een significant voordeel gezien voor patiënten met een CR/VGPR (p<0,001). Tevens werd een voordeel gezien voor patiënten met stadium III-ziekte (p=0,03) en patiënten ≥75 jaar (p=0,06). Ook de mediane TTP was beter met ixazomib versus placebo, respectievelijk 17,8 maanden versus 9,6 maanden (HR 0,655; 95% BI 0,537-0,799; p<0,001). Gegevens met betrekking tot de PFS2 en OS waren nog niet matuur ten tijde van deze interimanalyse.
Behoud van kwaliteit van leven
Ixazomib had een gunstig bijwerkingenprofiel. De algehele percentages behandelingsgerelateerde bijwerkingen kwamen overeen tussen beide groepen. De meest voorkomende bijwerkingen met ixazomib waren misselijkheid, overgeven, diarree, uitslag, perifere neuropathie en pyrexie. De kwaliteit van leven was vergelijkbaar tussen beide groepen bij aanvang van de studie en bleef stabiel gedurende de behandeling.
“Een onderhoudsbehandeling met ixazomib na standaard inductietherapie bij nieuw-gediagnosticeerde MM-patiënten die niet in aanmerking komen voor ASCT geeft een statistisch significante en klinisch betekenisvolle PFS-verbetering van acht maanden ten opzichte van placebo”, concludeerde Dimopoulos. “Ixazomib zou hiermee als eerste proteasoomremmer een optie kunnen zijn voor de onderhoudsbehandeling van nieuw-gediagnosticeerde MM-patiënten.”
Referenties
1. Dimopoulos MA, et al. EHA25 Virtual; abstr S200.
2. Jackson GH, et al. Lancet Oncol 2019;20:57-73.
3. Palumbo A, et al. N Engl J Med 2012;366:1759-69.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist