Hoe optimaliseer je de organisatie van zorg, en welke invloed hebben netwerkvorming en digitalisering van processen op de zorgkwaliteit en kwaliteit van leven? Dit zijn de kernvragen waarover prof. dr. Huib Cense (chirurg in het Rode Kruis Ziekenhuis te Beverwijk en Noordwest Ziekenhuisgroep, locaties Alkmaar/Den Helder) zich richt als bijzonder hoogleraar Health System Innovation aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde en het UMCG van de Rijksuniversiteit Groningen.
Hoe komt een oncologisch/gastro-intestinaal chirurg als buitengewoon hoogleraar bij de faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen terecht? “Dat ligt toch wel voor de hand”, zegt Huib Cense. “Ik ben inderdaad chirurg, maar ben ook al lang bestuurlijk actief. Dat was ik bij de Federatie Medisch Specialisten als voorzitter van de Raad Kwaliteit en in de schrijfgroep voor het visiedocument Medisch Specialist 2025. Maar inderdaad, toen ik werd gepolst voor het bijzonder hoogleraarschap moest ik wel even nadenken.”
Dat duurde niet lang. “Na een paar gesprekken was ik enthousiast”, zegt hij. “Het is eervol en het past in de lijn van wat ik bestuurlijk heb gedaan. De leeropdracht past ook bij me: een bijdrage leveren aan het wetenschappelijke en beleidsmatige debat over het realiseren van een duurzaam gezondheidssysteem.”
Interessant aan die leeropdracht is de toevoeging ‘in Nederland en specifiek in het noorden’. Vanwaar die toevoeging? “Er zijn natuurlijk regionale verschillen – in bevolkingsdichtheid en welvaart – en ook gezondheidsverschillen”, zegt Cense. “Dat maakt Groningen anders dan bijvoorbeeld de Randstad en dat is interessant voor onderzoek. En het is bij uitstek een regio om nieuwe vormen van zorgorganisatie neer te zetten. Er komen meer vormen van kanker voor dan het landelijk gemiddelde, en het is ook nog aardbevingsgebied. Ook dat zijn facetten die zich voor gezondheidsonderzoek lenen. En er zijn interessante gremia als Hi!Noord en het instituut Lifelines, waar veel op het gebied van artificiële intelligentie gebeurt.”1,2
Verbazing
Censes inbreng zal vooral gericht zijn op kwaliteit en op digitalisering van de processen van de organisatie van zorg. Hij verbaast zich over het feit dat mensen als consument van alles digitaal kunnen boeken, maar dat iemand als patiënt moet wachten voor iets volkomen standaard als een liesbreukoperatie. “Vandaar dat ik het platform planjezorg.online heb opgezet, waarmee het ziekenhuis de patiënt slots kan geven waarop hij zelf zorg kan inboeken”, vertelt hij.3 “We hebben het in ons ziekenhuis getest en het werkt goed. Maar bij inpassing in het EPD en verandering van de bestaande werkwijze komt veel kijken. Toch zijn we al met partijen in gesprek. En het bleek op het gebied van digitalisering een mooie match met de faculteit Economie en Bedrijfskunde en waarmee ook het UMC Groningen bezig is.”
Hoe zit dat op het gebied van kwaliteit? Hij vertelt: “In het visiedocument Medisch Specialist 2025 is netwerkvorming een belangrijk element.4 Maar hoe weet je of zo’n netwerk voor de patiënt goed uitpakt? Hoe ervaart die zo’n netwerk en hoe goed is de zorg die erin wordt geboden? Bij DICA, waar ik voorzitter ben van de raad van toezicht, weten we hoe we kwaliteit moeten meten rond een ingreep en ook multidisciplinair. De volgende stap moet zijn de kwaliteit in een netwerk te meten. In Groningen zijn een aantal studenten al met dit thema bezig.”
Moonshots
In zijn oratie afgelopen juni sprak Cense over moonshots, ambitieuze doelstellingen om tot een nieuwe manier van werken te komen.5 Het is een verwijzing naar het boek Mission economy. A moonshot guide to changing capitalism van Mariana Mazzucato. “Zij stelt dat je in een complexe samenleving tot andere manieren van denken moet komen om problemen op te lossen, moonshots dus”, vertelt hij. “Dat spreekt me aan. Je neemt een doelstelling die nog ver weg lijkt, maar waarmee je met een positieve insteek aan de slag gaat. Een moonshot is bijna hoe je met een team een operatie ingaat. Je hebt allemaal een doel en je brengt allemaal je expertise in. Voor Groningen heb ik gezegd: onze moonshot is dat we een topregio worden waar mensen van overal naartoe komen. Daarbij beginnen we met kinderhartchirurgie.”
Een actueler thema valt moeilijk te bedenken. Maar wat kan een moonshot in de oncologie zijn? “Dat is er niet één”, zegt Cense. “Iets als ‘kanker moet de wereld uit’ is te vaag. Maar laten we bijvoorbeeld beginnen met: over tien jaar moet longkanker in de Groningse regio met 30% gereduceerd zijn. Of binnen mijn vakgebied: bij rectumoperaties moet het aantal complicaties met 30% worden gereduceerd.”
Geneesplezier
Het Integraal Zorgakkoord (IZA) beschrijft ook moonshots, ook voor de oncologie. “Ik hoop alleen dat het niet vastloopt in bestuurlijke tafels en een spel van winnen en verliezen”, zegt Cense. “Ik denk wel dat met het IZA veel gaat lukken. Er is ook geen andere weg bovendien. De Federatie Medisch Specialisten heeft er veel input voor geleverd. Het punt is alleen dat het de artsen op de werkvloer zijn die het moeten gaan doen. Het is dus belangrijk dat aandacht wordt gegeven aan hun werkplezier. Ik noem dat ook wel geneesplezier. En de digitaliseringsambitie die eruit spreekt, moet dienend zijn aan de artsen en patiënten.”
In het IZA komt het onderwerp digitalisering van werkprocessen amper aan de orde. “Backofficemedewerkers in het ziekenhuis zijn de hele dag aan het bellen met patiënten voor standaardafspraken”, zegt Cense. “Als je patiënten de mogelijkheid geeft om dat zelf te doen, wordt de planning van de zorg veel efficiënter. Zeker als je als aanbieders regionale afspraken maakt en de patiënt meer keuzevrijheid geeft om zelf te bepalen waar hij terecht wil voor zijn diagnostiek en behandeling.”
Dan is het wel zaak dat de patiënt inzicht heeft in de kwaliteit. Cense: “Je gaat er als patiënt van uit dat het kwaliteitssysteem overal op orde is en dat degene die je behandelt goed geëquipeerd is om dat te doen. Als je zorg aangeboden krijgt, moet je ervan uitgaan dat die aan kwaliteitseisen voldoet. Het is aan de beroepsgroepen om daarop te controleren. Bij DICA gebeurt veel om kwaliteit inzichtelijk te maken, bij IKNL ook. Daarom ben ik heel blij met de gesprekken over verdergaande samenwerking tussen die twee partijen, want die kan een enorme bijdrage gaan opleveren aan de kwaliteit van de oncologische zorg.6 Voor patiënten natuurlijk, maar ook voor artsen.”
Capaciteitsverdeling
Cense pleit voor afspraken om binnen regionale netwerken de capaciteit te verdelen. “Voor alle partijen interessant”, stelt hij. “Als je het aanbod poolt en verdeelt, voorkom je pieken en dalen in de behandelvraag per ziekenhuis. Dan wint iedereen, omdat de behandelcapaciteit gelijkmatiger wordt verdeeld.”
Die verdeling van capaciteit vraagt om beschikbaarheid van data. Wordt daarvan ook voldoende gebruikgemaakt? “Ja en nee”, zegt Cense. “Ziekenhuizen maken gebruik van de Codman-dashboards van DICA, maar het kan beter. In Beverwijk en Alkmaar hebben we als chirurgen eens per maand een regiobijeenkomst waarin kwaliteit aan de hand van Codman-presentaties een vast onderdeel is.5 De harde kwaliteit – uitkomstmaten – maar ook de kwaliteit zoals de patiënt die ervaart en de samenwerking met aanpalende disciplines. Daarbij bespreken we altijd een moonshot: waar wil je met deze zorg over een paar jaar staan? Daar komen we dan twee jaar later ook op terug. Een aantal ziekenhuizen heeft deze vorm van kwaliteitsbespreking overgenomen. Maar het is iets wat zeker nog meer aandacht verdient. Het is belangrijk tijd in te ruimen om het als vakgroep periodiek over kwaliteit te hebben. Dat moet je niet alleen doen als er problemen zijn.”
Referenties
1. Hi!Noord. Te raadplegen via hinoord.nl
2. Lifelines. Te raadplegen via www.lifelines.nl
3. Planjezorg.online. Te raadplegen via www.planjezorg.online
4. Visiedocument Medisch Specialist 2025. Te raadplegen via demedischspecialist.nl/sites/default/files/Visiedocument%20Medisch%20Specialist%202025-DEF.pdf
5. Cense, HA. (2023) Health System Innovation; kun je opereren op de maan? [Oratie]. Te raadplegen via books.ugp.rug.nl/index.php/ugp/catalog/book/122
6. DICA en IKNL tekenen intentieverklaring. Te raadplegen via dica.nl/nieuws/dica-en-iknl-tekenen-intentieverklaring
Drs. Frank van Wijck, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2023 vol 14 nummer 5