Wetenschappelijk onderzoeker dr. Florieke Eggermont en haar collega’s in het Radboudumc te Nijmegen hebben onlangs voor de honderdste keer een BOS-score berekend. De BOS-score meet de sterkte van het dijbeen met behulp van een CT-scan. De tool schat vervolgens het risico op een botbreuk in bij patiënten met uitzaaiingen in de botten. Met deze informatie kunnen artsen en patiënten samen de best mogelijke behandeling kiezen.
De BOS-score staat voor BOtSterkte-score. “De kracht van de BOS-score zit in de objectiviteit. Dat maakt de tool waardevol voor zowel arts als patiënt”, zegt Florieke Eggermont. “Radiotherapeuten en orthopedisch chirurgen die de BOS-score hebben gebruikt, vinden het een heel nuttige tool. Voor patiënten werkt de score geruststellend. Het helpt hen ook bij het maken van keuzes, bijvoorbeeld over de inzet van thuiszorg, of de aanschaf van een rollator.”1
De BOS-score is er voor patiënten met botmetastasen in het femur. Deze patiënten kunnen een verhoogd risico hebben op een pathologische fractuur. Die fracturen verminderen de levenskwaliteit sterk: de spoedoperatie om de fractuur te herstellen is complex en geeft vaak complicaties. Bovendien is de acute immobiliteit emotioneel zwaar voor patiënt en naasten, en potentieel traumatisch. Ook is er een verhoogd risico op overlijden na een pathologische fractuur.
Artsen schatten het fractuurrisico nu vaak in op basis van röntgenfoto’s en hun klinische beoordeling. Een veelgebruikte methode is het Mirels’ scoringssysteem. In Nederland wordt vaak de 3 cm-regel aangehouden. Laesies met een axiale corticale aantasting van meer dan 3 cm worden als risicovol beschouwd.
“Deze methodes houden vaak geen rekening met gedetailleerde kenmerken van het bot en de laesie. Ze leiden vaak tot over- of onderbehandeling”, aldus Eggermont. Haar onderzoek heeft aangetoond dat de BOS-score zorgt voor minder over- én onderbehandeling. “Met de BOS-score kunnen we de levenskwaliteit behouden, zonder onnodige behandelingen. Zeker bij patiënten die in de laatste levensfase zijn, is dat heel belangrijk.”
3D-model
De BOS-score werkt met patiëntspecifieke eindige-elementen (FE)-computermodellen. De FE-methode komt oorspronkelijk uit de bouwsector en helpt daar bij het berekenen van de draagkracht van structuren zoals bruggen.
“We gebruiken een CT-scan als input om de dichtheid en vorm van het bot te bepalen”, zegt Eggermont. Het computerprogramma maakt van de CT-scan een 3D-model, waarin het femur wordt verdeeld in piramidevormige blokjes. Elk blokje krijgt een botdichtheidsscore. Aan de hand van die score berekent de software voor elk blokje bepaalde mechanische eigenschappen, zoals de sterkte en stijfheid van het botblokje.
“In een computersimulatie belasten we het 3D-model tot het breekt, om zo de botsterkte te berekenen. De botsterkte corrigeren we op het lichaamsgewicht van de patiënt. Dit resulteert in de BOS-score. Een hoge BOS-score betekent een laag risico op een fractuur. En andersom: bij een lage score is er een groot risico op een botbreuk.”
Groeiende databank
Het BOS-scoreteam gebruikt een groeiende databank van patiënten met botuitzaaiingen. Van deze patiënten is bekend of zij een pathologische fractuur ontwikkelden of niet. Bij een nieuwe aanvraag vergelijken de onderzoekers de BOS-score van deze nieuwe patiënt met bestaande data. Zo kunnen de onderzoekers nog nauwkeuriger inschatten of de patiënt een hoog of laag risico op een fractuur heeft. “We hebben nu data van bijna 150 patiënten. Dat verhoogt de betrouwbaarheid van de BOS-score.”
Eggermont en het merendeel van haar collega’s maken onderdeel uit van het Orthopaedic Research Lab (ORL) in het Radboudumc. Deze onderzoeksgroep is gespecialiseerd in FE-modellen. “Niet veel groepen doen dit soort onderzoek”, vertelt Eggermont. “Internationaal gezien zijn we koplopers. We werken veel samen met de afdelingen Radiotherapie in het Radboudumc en het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) in Leiden.”
Het project waar de BOS-score nu het product van is, begon in 2005. Toen zijn prof. dr. Esther Tanck en prof. dr. Nico Verdonschot van het Radboudumc samen met radiotherapeut prof. dr. Yvette van der Linden van het LUMC dit project gestart. Het idee was dat de FE-methode zou kunnen helpen bij fractuurrisico-inschattingen bij patiënten met botmetastasen. Na verschillende validatiestudies berekenden de Nijmeegse onderzoekers de eerste BOS-score eind 2019. “Toen kostte het een halve dag om een score uit te rekenen. Sindsdien hebben we een enorme vooruitgang geboekt: nu doen we dat in tien minuten. De computer werkt nog een uurtje op de achtergrond.” Ze hanteren een levertijd van maximaal drie werkdagen voor een BOS-score. Eggermont: “In de praktijk kunnen we de score meestal op dezelfde dag al aanleveren.”
Bepalen behandeling
De BOS-score dient als gids voor artsen en patiënten. “Het is geen bindend rapport, maar het helpt bij het kiezen van de beste behandeling. Is er een risico op een fractuur? Dan is de eerste vraag of de patiënt preventief een stabiliserende operatie kan en wil ondergaan. De precieze plek van de laesie en de wensen van de patiënt spelen hierin een belangrijke rol. Tijdens de stabiliserende operatie kan de orthopedisch chirurg platen en pinnen aanbrengen om het femur te verstevigen. Of de heup vervangen door een prothese.”
Is een operatie geen optie, dan is bestraling het alternatief. Eggermont legt uit: “Bij een groot risico op een breuk krijgt de patiënt een hogere dosis straling in meerdere fracties. Uit de kliniek weten we dat het bot dan ook kan herstellen van de metastasen. Dit blijkt echter nog niet uit de wetenschappelijke literatuur. Bij een laag risico is de dosis lager. Vaak gaat het om eenmaal 8 Gy, gericht op pijnbestrijding.”
Werkwijze
Radiotherapeuten en orthopedisch chirurgen kunnen een BOS-score aanvragen door een CT-scan naar het ORL te sturen. Daarbij is aanvullende (anonieme) informatie nodig, zoals de primaire tumor, leeftijd, gewicht, Karnofsky-performancescore, pijnscore en klinisch geschat fractuurrisico.
Het ORL creëert het FE-model en berekent de BOS-score. De score komt zo snel mogelijk en uiterlijk binnen drie werkdagen via een rapport terug bij de aanvrager. De arts bespreekt deze score met de patiënt en gebruikt hem voor het behandelplan. Een BOS-score is ongeveer drie maanden geldig. “Behandelaars kunnen meerdere keren een score aanvragen, bijvoorbeeld bij een toename van pijn,” zegt Eggermont. Ze legt uit dat er plannen zijn om patiënten in de toekomst te monitoren met regelmatige bepalingen van hun BOS-score. “Daarnaast overwegen we de score uit te breiden met andere patiëntgegevens, zoals de klinische conditie en levensverwachting. Dat zou ons richting een meer geïntegreerd predictiemodel brengen.” Ze benadrukt ook het belang van onderzoek om te bepalen of deze toevoegingen nuttig zijn.
Na ontvangst van het rapport vult de arts een vragenlijst in over de ervaringen met de BOS-score.
Voordat de BOS-score gebruikt kan worden/meegedaan kan worden aan het onderzoek, is er goedkeuring van een ethische commissie en raad van bestuur nodig. Eggermont en collega’s helpen centra die van de BOS-score gebruik willen maken. “Dit doen we door vereiste documenten aan te leveren, mee te denken met de workflow en te ondersteunen bij het aanvragen van goedkeuring. Uit ervaring blijkt dat de BOS-score weinig tijd kost voor arts en patiënt.”
Voor meer informatie over de BOS-score: florieke.eggermont@radboudumc.nl
Referentie
1. Eggermont F, et al. Cancers (Basel) 2022;14:5904.
Tessa Lange, wetenschapsjournalist
Oncologie Up-to-date 2023 vol 14 nummer 6