Na falen van CAR-T-celtherapie resulteerde infusie van glofitamab in een mediane algehele overleving van 17,6 maanden bij patiënten met gerecidiveerd of refractair diffuus grootcellig B-cellymfoom. Tijdens de 65e ASH Annual Meeting presenteerde dr. Pierre Sesques (Lyon, Frankrijk) de resultaten van de eerste studie die specifiek ontworpen is om de veiligheid en effectiviteit van glofitamab te evalueren na CAR-T-celinfusie.
CAR-T-celtherapie heeft de uitkomsten van patiënten met gerecidiveerd of refractair diffuus grootcellig B-cellymfoom (R/R DLBCL) verbeterd. Zo’n 40-60% van de patiënten vertoont daarna alsnog een recidief of ziekteprogressie en heeft dan een mediane overleving van minder dan zes maanden. Het bispecifieke antilichaam glofitamab, gericht tegen zowel CD20 als CD3, vertoonde antitumoractiviteit in een fase 2-studie bij R/R DLBCL.1
BiCAR
In de fase 2-BiCAR-studie werd glofitamab geëvalueerd na CAR-T-celtherapie bij patiënten met CD20-positief DLBCL (cohort 1, n=44) of een ander non-hodgkinlymfoom (cohort 2, n=19). Patiënten die vanaf de eerste PET-scan na CAR-T-celtherapie een niet-metabole respons, recidief of progressie vertoonden, kwamen in aanmerking voor inclusie. Vanwege het te verwachten agressieve ziekteverloop werd ook een snellere ramp-up van glofitamab getest (2,5 mg op dag 1, 10 mg op dag 3, 30 mg op dag 8). De primaire uitkomstmaat was de algehele overleving (OS) in cohort 1.
Langdurige respons en overleving
Bij een mediane follow-up van 9,2 maanden was de mediane OS 17,6 maanden (90% BI 8,3-19,7) in cohort 1.2 Dit is ruim twee keer langer dan de historische mediane OS van 6,3 maanden na falen van CAR-T-celtherapie. “Hiermee werd de primaire uitkomst behaald”, aldus Pierre Sesques.
In cohort 1 had 36,4% van de patiënten een complete metabole respons (CMR), met een mediane duur van 19,7 maanden. Van de patiënten die CMR bereikten vertoonde 80% na twaalf maanden nog steeds een CMR. In totaal had 65,9% een objectieve metabole respons (OMR). De mediane progressievrije overleving (PFS) was 4,9 maanden.
“Vanwege de snelle ramp-up, en de tweede dosis van 30 mg glofitamab op dag 15, ontving 98,4% van de patiënten 90-110% van de geplande dosis”, merkte Sesques op. Er werd geen ziekteprogressie gezien in de eerste twee cycli.
In cohort 2 was de CMR 52,6% en OMR 57,9%. De mediane duur van de CMR en de mediane OS werden niet bereikt. De mediane PFS was in dit cohort 4,1 maanden.
Acceptabel veiligheidsprofiel
De meest voorkomende bijwerking van graad 3 of hoger was neutropenie (29,5% in cohort 1 en 47,4% in cohort 2). Cytokinereleasesyndroom kwam bij 14% van de patiënten voor, en was alleen van graad 1 of 2. Slechts twee patiënten kregen te maken met neurotoxiciteit, in beide gevallen van graad 2. Ongeveer 13% van de patiënten ontwikkelde COVID-19-pneumonie. Volgens Sesques is dit een acceptabel veiligheidsprofiel: “Ondanks de snellere step-up dosering waren glofitamab-infusies niet geassocieerd met verhoogde toxiciteit, zelfs als COVID-19 werd geconstateerd.”
Referenties
1. Dickinson MJ, et al. N Engl J Med 2022; 387:2220-2231.
2. Sesques P, et al. ASH 2023; abstr 893.
Dr. Astrid Danen, wetenschapsjournalist