Tijdens ASCO 2019 in Chicago, Verenigde Staten, presenteerde dr. Daniel Petrylak (New Haven, Verenigde Staten) de resultaten van de fase 2-EV-201-studie. Deze laat een totaal responspercentage van 44% zien bij tweedelijnsbehandeling van gemetastaseerd urotheelcelcarcinoom met enfortumab vedotin.1
De eerstelijnsbehandeling bij patiënten met gevorderd/gemetastaseerd urotheelcelcarcinoom bestaat uit platinumbevattende chemotherapie. Ondanks de goede respons hierop zal bij de meeste patiënten de ziekte recidiveren. Sinds kort is voor deze patiënten tweedelijnsbehandeling met immunotherapie (pembrolizumab, nivolumab, atezolizumab) een door de EMA en FDA goedgekeurde behandeloptie. Het responspercentage bij deze behandeling is echter laag: 13-21%.2,3
Enfortumab vedotin
Enfortumab vedotin is een antibody-drugconjugaat (ADC), een combinatie van een antilichaam (gericht tegen het eiwit nectine-4) en het cytostaticum vedotin (de tubulineremmer MMAE). Na binding van het ADC aan nectine-4 op het celmembraan wordt het geïnternaliseerd, waarna het MMAE vrijkomt en de cel doodt. Aangezien nectine-4 in verhoogde mate tot expressie komt op veel solide tumoren, waaronder urotheelcelcarcinoom, vormt een behandeling met enfortumab vedotin in principe een nieuwe (tweedelijns- of derdelijns-) behandeloptie voor patiënten met gevorderd/gemetastaseerd urotheelcelcarcinoom die progressie vertonen na platinumbevattende chemotherapie en/of immunotherapie.
In de open-label fase 2-EV-201-studie zijn 125 patiënten (70% man, 40-84 jaar, 90% met viscerale uitzaaiingen, 35% met PD-L1 combined positive score ≥10%) met gevorderd/gemetastaseerd urotheelcelcarcinoom na falen van platinumbevattende chemotherapie en/of immunotherapie behandeld met enfortumab vedotin (1,25 mg/kg intraveneus). De primaire uitkomstmaat van de studie was het totale responspercentage (ORR; per RECIST 1.1).
Van de 125 patiënten vertoonden er 55 (44%) een objectieve respons, waarvan 12% een complete en 32% een partiële respons. Bij 28% van de patiënten was sprake van stabiele ziekte. De mediane duur van de respons bedroeg 7,6 maanden, de mediane progressievrije overleving 5,8 maanden en de mediane algehele overleving 11,7 maanden. Van de vijftig patiënten met levermetastasen vertoonden er 19 (38%) een objectieve respons. De belangrijkste bijwerkingen van de behandeling met enfortumab vedotin waren vermoeidheid, perifere neuropathie, haaruitval, verlies van eetlust en smaakverlies. Een fase 3-studie (EV-301) is gaande.
Referenties
1. Petrylak DP, et al. J Clin Oncol 2019;37(suppl): abstr LBA4505.
2. Bellmunt J, et al. N Engl J Med 2017;376:1015-26.
3. Powles T, et al. Lancet 2018;391:748-57.
Dr. Marten Dooper, wetenschapsjournalist