Het voordeel dat behaald wordt met een neoadjuvante behandeling met nivolumab plus chemotherapie versus chemotherapie alleen bij patiënten met resectabel niet-kleincellig longcarcinoom wordt gezien ongeacht de mate van PD-L1-expressie op tumorcellen. Dit bleek uit de resultaten van een exploratieve analyse van driejaarsdata van de CheckMate 816-studie. Hierbij werd wel een groter voordeel gezien voor patiënten met een PD-L1-expressie ≥1% dan voor patiënten met een PD-L1-expressie <1%. Dr. Mariano Provencio Pulla (Madrid, Spanje) presenteerde deze resultaten tijdens het ESMO Congress 2023.
Op basis van de eerdere resultaten van de CheckMate 816-studie is een neoadjuvante behandeling met nivolumab plus chemotherapie in Europa goedgekeurd voor patiënten met resectabel niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) met een hoog risico op een recidief en een PD-L1-expressie op tumorcellen van ≥1%.1 Tijdens het ESMO-congres presenteerde Mariano Provencio Pulla een subgroepanalyse naar de werkzaamheid en chirurgische uitkomsten van een neoadjuvante behandeling met nivolumab plus chemotherapie versus chemotherapie alleen bij patiënten met een positieve (PD-L1 ≥1%) of een negatieve PD-L1-expressie op de tumorcellen (PD-L1 <1%).2 De mediane follow-up was 32,9 maanden.
Hoger pCR-percentage
“Nivolumab plus chemotherapie gaf een hoger percentage pathologisch complete respons (pCR) bij patiënten met PD-L1 ≥1% dan alleen chemotherapie (respectievelijk 32,6 versus 2,2%). Ook de eventvrije overleving (EFS) was langer met nivolumab plus chemotherapie bij patiënten met een positieve PD-L1-expressie”, zei Provencio Pulla. “Na drie jaar was 72% van de patiënten in de nivolumabgroep nog in leven en vrij van ziekte versus 47% van de patiënten in de chemotherapiegroep (HR 0,46; 95% BI 0,28-0,77).” Ook werd een verbetering in algehele overleving (OS) gezien met nivolumab plus chemotherapie versus alleen chemotherapie. Na drie jaar was 85% van de patiënten met PD-L1 ≥1% in de nivolumabgroep nog in leven versus 66% van de patiënten in de chemotherapiegroep (HR 0,37; 95% BI 0,20-0,71). Vergelijkbare resultaten werden gezien voor de groep patiënten met ziektestadium 2-3A en een PD-L1 ≥1%.
90% vrij van ziekte
Het pCR-percentage was ook hoger na een neoadjuvante behandeling met nivolumab plus chemotherapie versus alleen chemotherapie bij patiënten met een negatieve PD-L1-expressie: 16,7% met nivolumab plus chemotherapie versus 2,6% met alleen chemotherapie. Van de patiënten met een negatieve PD-L1-expressie was het driejaars-EFS-percentage 42% in de groep die nivolumab plus chemotherapie ontving versus 39% in de groep die alleen chemotherapie ontving (HR 0,87; 95% BI 0,57-1,35). Het driejaars-OS-percentage was respectievelijk 71 versus 60% (HR 0,81; 95% BI 0,48-1,36). Provencio Pulla: “Daarnaast was meer dan 90% van alle gerandomiseerde patiënten die een pCR behaalden na drie jaar nog vrij van ziekte (HR 0,15; 95% BI 0,06-0,37). En bijna alle patiënten die een pCR behaalden waren na drie jaar nog in leven (HR 0,12; 95% BI 0,03-0,50).”
Meer R0-resecties
Na een neoadjuvante behandeling met nivolumab plus chemotherapie konden meer patiënten definitieve chirurgie ondergaan dan na een neoadjuvante behandeling met alleen chemotherapie. Dit gold voor zowel patiënten met een positieve als patiënten met een negatieve PD-L1-expressie. Het percentage patiënten dat een lobectomie onderging, evenals het percentage patiënten met een R0-resectie was hoger in de groep die nivolumab plus chemotherapie kreeg versus de groep met alleen chemotherapie (zowel bij patiënten met een positieve als patiënten met een negatieve PD-L1-expressie).
Provencio Pulla concludeerde dat deze exploratieve analyse van de CheckMate 816-studie een klinisch voordeel liet zien voor neoadjuvant nivolumab plus chemotherapie versus alleen chemotherapie, ongeacht de mate van PD-L1-expressie. De behandeling met nivolumab plus chemotherapie had geen negatieve impact op de haalbaarheid van chirurgie. “Deze resultaten versterken de rol van nivolumab plus chemotherapie als neoadjuvante behandeling bij patiënten met resectabel NSCLC, zowel met een positieve als met een negatieve PD-L1-expressie”, aldus Provencio Pulla.
Referenties
1. SmPC Opdivo (nivolumab). Te raadplegen via www.ema.europa.eu/en/documents/product-information/opdivo-epar-product-information_en.pdf
2. Provencio Pulla M, et al. Ann Oncol 2023;34(Suppl 2): abstr LBA57.
Drs. Bianca Hagenaars, wetenschapsjournalist
Congres Up-to-date 2023 vol 8 nummer 3